Artikel 277 van het decreet lokaal bestuur.
De gemeenteraad keurt de voorgaande notulen goed.
De notulen werden opgemaakt overeenkomstig de bepalingen van het decreet lokaal bestuur.
Artikel 278, §1 van het decreet lokaal bestuur.
De gemeenteraad keurt de notulen van de gemeenteraadszitting van 27 november 2023 goed.
Het consortium Bergesteyn deed in het kader van het subsidiedossier 'Natuur in je buurt' investeringen in het park. Deze investeringskosten zullen naar ons doorgerekend worden, zodat wij ze kunnen opnemen in het dossier en dus onze kosten kunnen verantwoorden bij het Agentschap voor Natuur en Bos, om zodoende de subsidie te kunnen ontvangen.
Er werd 78.927 euro uitgegeven voor werken uitgevoerd door de aannemer Houwelyckx die voor 75% gedekt worden door subsidies, 25% wordt door de gemeente gecofinancierd.
In 2019 werd subsidie aangevraagd voor de heropwaardering van het Borgersteinpark via de projectoproep 'Natuur in je buurt' van het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB).
De gemeente kreeg 3 jaar om dit project te verwezenlijken.
In het kader van de realisatie van de Borgerwijk werd met het Corsortium Bergesteyn afgesproken wie welke werken in het park zou opnemen (zie samenwerkingsovereenkomst in bijlage). In deze overeenkomst verklaren SKW en het Consortium Bergesteyn dat deze laatste een investering zal doen in het park van 820.620,08 euro exclusief BTW. Hier staat ook in genoteerd dat het parkdomein kosteloos aan de gemeente wordt overgedragen middels authentieke akte uiterlijk 30 na voorlopige oplevering van de (laatste) werken van Bergesteyn op lot Park. Aan deze akte zou ook een concreet opmetingsplan worden toegevoegd, opgemaakt op kosten van het Consortium Bergesteyn.
Deze overeenkomst en alle verplichtingen daaruit word(t)(en) gesloten onder de opschortende voorwaarde dat Bergesteyn uiterlijk op 31 december 2023 de nodige definitieve en uitvoerbare omgevingsvergunningen in het kader van lot 4 verkrijgt, dewelke heden met referentie 2021.071.335 werd aangevraagd. Wanneer de vergunning niet tijdig wordt verkregen, zullen partijen hieromtrent voorafgaandelijk te goeder trouw overleggen, te goeder trouw overleggen, ten einde deze termijn te verlengen zodat een andere definitieve en uitvoerbare omgevingsvergunning in het kader van het project met betrekking tot lot 4 verkregen kan worden.
Omdat de omgevingsvergunning voor het bouwproject op lot 4 nog niet verleend werd tegen de zomer van 2023 gingen de werken in Borgersteinpark die beloofd waren in het kader van het subsidiedossier van start in september 2023. Consortium Borgesteyn is akkoord gegaan om ook reeds enkele werken uit te voeren in het kader van dit dossier, ondanks dat er nog geen vergunning verleend werd voor het bouwproject. Consortium Bergesteyn heeft voor deze werken de aannemer Houwelyckx aangesteld met de volgende motivatie:
'Oorspronkelijk was voorzien om het uitvoeringsdossier van het park mee uit te sturen met de prijsvraag van lot 4, bij verschillende onderaannemers.
Door het uitblijven van een definitief uitvoerbare omgevingsvergunning van lot 4 is de aanbesteding van de werken van lot 4 on hold gezet (het is niet mogelijk onderaannemers te motiveren prijs te maken, als er geen planning der werken kan meegegeven worden).
Omwille van het indienen van het beheersplan bij ANB, is er door Bergesteyn NV gevraagd aan Pauwels om de raming voor het park toch al af te toetsen bij minstens één aannemer, ter controle of de raming wel marktconform was.
Houwelyckx, die de site goed kent, gevestigd is in Sint-Katelijne-Waver en de werken van het Zorgvastgoed, de Kapelweg, Philyra en Inclusio (lot 1+2+3) ook uitgevoerd heeft, was de enige aannemer die bereid was een prijs op te maken. Deze werd oktober 2022 ontvangen, en lag in lijn met de raming van Pauwels.
Vervolgens werd het beheersplan dan ook ingediend.
Eind maart 2023 kregen wij de melding van de gemeente dat de werken in het park binnen NIJB project (subsidies) voor eind 2023 moesten aangelegd zijn; om dit mogelijk te maken moest Bergesteyn NV al een deel van de werken vooraf uitvoeren tegen 30 september 2023.
Om de gemeente ter wille te zijn, is door Bergesteyn NV beslist het nodige deel van de werken uit te voeren – hoewel er nog steeds geen zicht is op een uitvoerbare vergunning.
Om aan deze strakke timing te voldoen, diende de aannemer gekend te zijn voor het bouwverlof.
Na telefonische contactname met aantal aannemers, bleek het voor hen onmogelijk om tijdig offerte te maken, alsook om de werken tijdig ingepland te krijgen. Enkel Houwelyckx was in de mogelijkheid om zijn offerte te bevestigen, en de gevraagde planning te realiseren.'
Het consortium liet werken uitvoeren voor 101.095,03 euro, waarvan 78.927 euro naar de gemeente zal worden gefactureerd om op te nemen in ons subsidiedossier. Het overschot betalen zij zelf en zal van het totaal te maken investeringen kunnen afgetrokken worden. In de meetstaat na gunning van het volledige subsidiedossier staan de posten opgelijst die opgenomen worden in het subsidiedossier, en in de volledige vorderingstaat opgemaakt door Houwelyckx aan het Consortium Bergesteyn werden ook deze opgenomen posten aangeduid (zie bijlage voor beide documenten).
De werken werden uitgevoerd in september 2023.
In het kader van het subsidiedossier moesten alle werken uitgevoerd zijn en moet een inhoudelijk en financieel rapport opgemaakt worden tegen 31 december 2023.
De gemeenteraad keurt de uitgave van 78.927,52 euro aan consortium Bergesteyn in het kader van de heropwaardering van het Borgersteinpark goed.
Artikel 40. § 3. De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast. Met behoud van de toepassing van de federale wetgeving in verband met de bevoegdheid van de gemeenteraad om politieverordeningen vast te stellen, kunnen de reglementen onder meer betrekking hebben op het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke belastingen en retributies, en op het inwendige bestuur van de gemeente.
In samenwerking met andere gemeenten werd door IGEMO een intergemeentelijke cel opgericht voor handhaving (IGOHC), die als doelstelling heeft het omgevingshandhavingsbeleid van de deelnemende gemeenten te organiseren. Met deze georganiseerde samenwerking wil de vereniging de aanwezige ervaring en kennis bundelen, om zo te streven naar een efficiënter omgevingshandhavingsbeleid en een rationalisering van de beheers- en exploitatiekosten.
Het actieplan 2024 kadert de prioriteiten van elke gemeente binnen de IGOHC. Voor 2024 worden de prioriteiten voor onze gemeente beperkt gewijzigd tegenover het vorige werkjaar.
Voor ruimtelijke ordening:
1. Zonevreemde functiewijzigingen:
We worden de laatste tijd geconfronteerd met activiteiten in agrarisch gebied, die hier niet thuishoren en waar geen voorafgaande vergunning voor werd aangevraagd. Het gaat hier om bedrijvigheid die druk op de omgeving en het milieu veroorzaakt en om activiteiten die overwegend niet verenigbaar zijn met hun omgeving.
2. Handelingen die niet vrijgesteld zijn van de medewerking van een architect:
Het beoordelen of de oprichting of uitbreiding van een gebouw voldoet aan het juridisch kader en de ruimtelijke inpasbaarheid is een kerntaak van de gemeente. Nalatigheid om dit voor te leggen, moet streng aangepakt worden. De oprichting, of zelfs afbraak ervan, kan bijkomend zelfs zeer ernstige stabiliteitsgevolgen met zich meebrengen die mogelijks zelfs de aanpalende gebouwen in gevaar brengt.
3. Het creëren of vermeerderen van woongelegenheden en kamerwoningen:
Door woningen te creëren of op te delen op plaatsen waar we eerder niet kiezen om te verdichten, kan dit extra druk op de omgeving en het openbaar domein veroorzaken. De opdeling gaat ook vaak ten koste van de woonkwaliteit en de brandveiligheid.
4. Verhardingen (extra focus op voortuinverharding):
Verhardingen en dan voornamelijk in de voortuin kunnen een grote impact hebben op het straatbeeld, de belevingswaarde, de natuur, het klimaat en de waterhuishouding. De waterhuishouding is een gevoelige problematiek en zal zeker in de toekomst nog aan belang winnen. Tevens zorgen bijkomende parkeerplaatsen in de voortuin voor extra conflictzones met de (zwakke) weggebruikers.
5. Het rooien van hoogstammige bomen of het ontbossen:
Bomen zorgen voor afkoeling, nemen fijn stof op en het effect van groen op de geestelijke gezondheid is groot. Het natuurdecreet stelt dat vermijdbare schade aan de natuur verboden is. Indien er toch schade is, is een heraanplant verplicht (zorgplicht). Het is belangrijk om een duidelijk signaal te geven dat het niet aanvaardbaar is om zomaar bomen te rooien en dat het bijkomend jaren duurt eer de schade van het rooien van een volwaardige gezonde boom wordt hersteld door een heraanplant. Het duurt tientallen, soms honderden jaren voor een boom volgroeid is.
6. Het niet naleven van opgelegde stedenbouwkundige voorwaarden:
Stedenbouwkundige voorwaarden worden zeer overwogen en bewust opgelegd om specifieke overlast, problemen of strijdigheden met de wetgeving en/of de goede ruimtelijke ordening te vermijden. Ze maken integraal deel uit van de vergunning en moeten gevolgd worden. Zo lang ze niet worden uitgevoerd, is de verkregen vergunning niet geldig en ontstaat er dus een niet-vergunde en niet-aanvaardbare situatie.
Voor milieu:
1. (Risico op) verontreiniging van oppervlaktewater:
De laatste jaren werd de gemeente verschillende malen geconfronteerd met vervuiling van oppervlaktewater, vooral vanwege nalatigheid en het niet treffen van de juiste maatregelen. Het lijkt de gemeente prioritair om de overtreder grondig op zijn verantwoordelijkheden te wijzen dit zowel voor particulieren als bedrijven.
2. Het niet correct opslaan en lozen van mest:
Door de toename van (hobby)houderij van klein en groot vee, is het noodzakelijk dat ook de opslag en verwerking van mest correct gebeurt. Dit ook omdat de waarden voor stikstof, nitraten en fosfaten helemaal nog niet optimaal zijn in ons oppervlaktewater.
3. Niet naleven van opgelegde bijzondere milieuvoorwaarden binnen de vergunning:
Bijzondere milieuvoorwaarden worden opgelegd om specifieke overlast, problemen of vervuiling te vermijden. Ze maken integraal deel uit van de vergunning en moeten evenals de algemene en sectorale voorwaarden gevolgd worden.
4. Autoherstelplaatsen
Zorgen vaak voor overlast (komen klachten over binnen) en is een risicoactiviteit naar bodemverontreiniging. Bij stopzetting is een oriënterend bodemonderzoek verplicht.
Proactief te controleren:
Het Decreet van 06/07/01 houdende intergemeentelijke samenwerking.
Omzendbrief (BA 2002/01) van 11/01/02 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Buitenlands Beleid, Paul Van Grembergen.
Het DABM en de Vlarem wetgeving en zijn uitvoeringsbesluiten.
Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15/05/2009 en zijn uitvoeringsbesluiten.
Het decreet van 25/04/2014 betreffende de handhaving van de omgevingsvergunning.
De gemeenteraad keurt het actieplan met bijhorend begrotingsplan omtrent intergemeentelijke omgevingshandhaving voor 2024 goed.
De Fietsbieb is een vrijwilligersinitiatief van Sociaal Engagement die de oprichting van 27 fietsbiebs in Vlaanderen ondersteunden. Een fietsbieb biedt kwaliteitsvolle tweedehands kinderfietsen aan die je goedkoop kunt lenen. De bedoeling is om meer kinderen aan het fietsen te krijgen op een budgetvriendelijke manier en het deelprincipe in het kader van duurzaamheid te promoten.
De samenwerkingsovereenkomst beschrijft dat de subsidie dient voor de voortzetting van een fietsbieb in Sint-Katelijne-Waver. Dit omvat een uitbating van een uitleendienst voor tweedehands kinderfietsen. De subsidie staat in functie van de werking Fietsbieb Sint-Katelijne-Waver.
Een samenwerkingsovereenkomst met Sociaal Engagement moet dus nog goedgekeurd worden. Dit om de jaarlijkse werkingstoelage te kunnen betalen voor de Fietsbieb.
In bijlage de samenwerkingsovereenkomst waarin de engagementen voor beide partijen vast gelegd worden:
De gemeenteraad keurt de samenwerkingsovereenkomst met Sociaal Engagement goed.
Het Kaderdecreet Vlaamse Handhaving is enerzijds gericht op de stroomlijning van de Vlaamse handhavingsregels, die nu vaak nog verschillen naargelang de sector waarop ze van toepassing zijn en anderzijds om de Vlaamse handhaving te digitaliseren en informatiedeling toe te laten via het Vlaams Handhavingsplatform (VHP).
Alle PV’s van lokale besturen, inspectiediensten en politie komen real-time in het VHP terecht, meteen bij de juiste personen. Het ontwerp BVR voorziet dat de PV’s van collega’s binnen hetzelfde beleidsdomein zullen kunnen geraadpleegd worden, ongeacht het grondgebied.
Verbalisanten zullen in de toekomst een notificatie krijgen wanneer de beboetingsinstantie een sanctie oplegt n.a.v. hun PV’s en verslagen van vaststelling en blijven zo op de hoogte van het gevolg dat eraan gegeven wordt. Ook de kennisgeving naar de belanghebbenden (bv. de overtreder, het parket, de boetingsinstantie, ...), die vandaag veelal manueel gebeurt, zal door het platform uitgevoerd kunnen worden en daarmee een efficiëntiewinst opleveren.
De burgers zullen hun PV kunnen ontvangen via e-box, indien zij deze activeerden, of anders via de post, door de Magda Documentendienst van de Vlaamse Overheid.
De burgers en de ondernemingen zullen hun sanctiedossier kunnen raadplegen via respectievelijk Mijn Burgerprofiel en E-Loket. Tot slot worden de ingegeven documenten beveiligd bewaard gedurende hun volledige levensduur.
De verplichtingen om in te stappen in het kaderdecreet en aan te sluiten op het Vlaams Handhavingsplatform staan grotendeels los van elkaar. Het kaderdecreet wordt maar van toepassing wanneer de sectorale regelgeving daarvoor kiest. Echter de bepalingen rond digitalisering en dus de instap in het platform, zijn verplicht van toepassing op alle Vlaamse regelgeving op de datum van inwerkingtreding die per decreet bepaald wordt via een Besluit van de Vlaamse Regering. Voor de VCRO en het DABM is dit 25 maart 2024.
Het protocol en dient uiterlijk 15 januari 2024 ondertekend te worden. Bijkomend wordt er een annex voorzien voor intergemeentelijke samenwerkingsverbanden dat eveneens dient ondertekend te worden.
De gemeenteraad beslist dat de gemeente zich zal aansluiten bij het Vlaams Handhavingsplatform en bezorgt het Agentschap Justitie en Handhaving het goedgekeurde protocol en annex.
Het Kaderdecreet Vlaamse Handhaving voorziet een Vlaams Handhavingsplatform, dat gebouwd wordt in samenwerking met het Agentschap Digitaal Vlaanderen, met een aantal toepassingen:
Het Vlaams Handhavingsplatform heeft tot doel om alle informatie rond handhaving op een gecentraliseerde, uniforme, real-time en beveiligde manier ter beschikking te stellen aan alle betrokken autoriteiten en instanties. Dit laat hen toe om rekening te houden met eerder opgestarte procedures, opgelegde sancties en om efficiënter te handhaven. In het kader van die verhoogde efficiëntie zal het handhavingsplatform ook geïntegreerd worden met de Magda documentendienst, zodat alle partijen de communicatie rond bestuurlijke handhaving efficiënt ontvangen.
Ook voor burgers en ondernemingen zal het mogelijk worden om hun eigen definitieve bestuurlijke sancties te raadplegen, dankzij een integratie van het handhavingsplatform met Mijn Burgerprofiel en het e-loketondernemers.be. Op die manier is de bestuurlijke handhaving raadpleegbaar voor alle betrokken actoren.
Tot op heden beschikken de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden niet over de juiste machtigingen. In afwachting dat die wel verleend worden, wat lange tijd kan duren, werd een oplossing gevonden. Er kan beroep gedaan worden op de onderlinge overeenkomst tussen gemeente en IGEMO, zodat de afgesproken handhavingsactiviteiten verder uitgevoerd kunnen blijven worden in naam van de gemeente.
IGEMO moet zelf geen protocol ondertekenen, maar de steden en gemeenten die met hen een verwerkersovereenkomst hebben, zullen wel een extra annex moeten ondertekenen, dat IGEMO toelaat om het VHP te gebruiken in opdracht van de lokale besturen.
Het Kaderdecreet Vlaamse Handhaving 2023 vervangt het Kaderdecreet Bestuurlijke Handhaving van 22 maart 2019. Vanaf de inwerkingtreding van het nieuwe kaderdecreet kan het oude niet meer worden gewijzigd, en is het ook niet meer mogelijk om in het oude kaderdecreet “in te stappen”.
Het kaderdecreet is niet direct van toepassing op bestaande Vlaamse regelgeving. Daarvoor zijn “implementatiedecreten” nodig, die het kaderdecreet volledig of gedeeltelijk van toepassing verklaren op de bestaande regelgeving.
In een implementatiedecreet wordt het handhavingsluik van die bestaande regelgeving aangepast op basis van het kaderdecreet Vlaamse Handhaving. Hierdoor kunnen grote delen van de oorspronkelijke regelgeving worden geschrapt. Anderzijds kunnen ook delen van het kaderdecreet worden uitgesloten waar dat nodig is.
In het zog van het nieuwe kaderdecreet wordt gewerkt aan een algemeen implementatiedecreet, waarmee meteen een belangrijk pakket van Vlaamse regelgeving onder het kaderdecreet Vlaamse Handhaving wordt gebracht.
Het ontwerp van dit algemeen implementatiedecreet werd op 26 mei 2023 voor de tweede maal principieel goedgekeurd door de Vlaamse Regering. Na de ontvangst en verwerking van het advies van Raad van State zal het door de Vlaamse Regering bij het parlement worden ingediend. Dit zal wellicht dit jaar nog gebeuren.
Het algemeen implementatiedecreet regelt de instap van volgende Vlaamse regelgeving:
De digitale invoer van alle proces-verbalen, verslagen van vaststelling en documenten m.b.t. de bestuurlijke sanctieprocedure in het platform, alsook de communicatie naar de belanghebbenden over die documenten (de kennisgeving) zal digitaal via het platform dienen te gebeuren.
De datum vanaf wanneer die verplichting geldt wordt bepaald via een uitvoeringsbesluit.
Voor handhaving inzake de VCRO (Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening) en/of het DABM (Decreet Algemene Bepalingen Milieu) wordt de verplichting van kracht op 25 maart 2024.
Na deze datum moeten de vermelde documenten digitaal worden opgesteld, ondertekend met e-ID, en vervolgens ingegeven worden in het VHP, dat zal instaan voor de kennisgeving ervan aan de bestemmelingen.
Inzake Onroerenderfgoed- en/of Varenderfgoeddecreet is de verplichting al vanaf 15 december 2023.
We dienen als gemeente actie te ondernemen alvorens te kunnen aansluiten:
Ook de annex dient digitaal ondertekend te worden, via Adobe Acrobat, door de burgemeester en algemeen directeur.
De gemeenteraad beslist dat de gemeente zich zal aansluiten bij het Vlaams Handhavingsplatform en bezorgt het Agentschap Justitie en Handhaving het goedgekeurde protocol en annex.
In het kader van citymarketing biedt het bestuur een aantal artikelen te koop aan. Het aanbod wordt uitgebreid met een SKWibus-knuffel.
De aankoop van deze artikelen door de gemeente brengt kosten met zich mee, het is aangewezen om een deel van deze kosten door te rekenen aan de deelnemers.
Omwille van de financiële behoefte van de gemeente is het aangewezen hiervoor een retributie te stemmen.
Volgende tarieven worden voorgesteld:
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
Het besluit van de Vlaamse Regering van 20 april 2018 betreffende de bekendmaking en raadpleegbaarheid van besluiten en stukken van het lokaal bestuur, betreffende de wijze waarop de reglementen en verordeningen van het lokaal bestuur worden bijgehouden in het register en betreffende de raadpleegbaarheid van de besluiten van de politiezones en hulpverleningszones
Voor een termijn ingaand van heden en eindigend op 31 december 2025, wordt ten behoeve van de gemeente een retributie op verkoop van SKW-artikelen geheven:
De retributie is verschuldigd door de aanvrager en dient bij aankoop van de goederen betaald te worden.
Bij gebreke aan betaling van de retributie kan het bedrag ingevorderd worden conform artikel 177 van het decreet lokaal bestuur.
Dit reglement zal worden bekendgemaakt overeenkomstig artikelen 285 tot en met 288 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur.
Dit reglement vervangt vanaf heden het retributiereglement op verkoop van SKW-artikelen (merchandising) goedgekeurd door de gemeenteraad op 29 november 2021.
De gemeenteraad keurde op 20 december 2021 het retributiereglement op frituren op het openbaar domein goed. Door de werken in het kader van de huidige dorpskernvernieuwing wordt er voorgesteld om het reglement met ingang van 1 januari 2024 op te heffen.
Na de werken zullen de standplaatsen worden toegekend via een concessievergoeding, wat een wettelijke aanbeveling is voor inname openbaar domein.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
Het besluit van de Vlaamse Regering van 20 april 2018 betreffende de bekendmaking en raadpleegbaarheid van besluiten en stukken van het lokaal bestuur, betreffende de wijze waarop de reglementen en verordeningen van het lokaal bestuur worden bijgehouden in het register en betreffende de raadpleegbaarheid van de besluiten van de politiezones en hulpverleningszones
Het gemeenteraadsbesluit van 16 december 2019 houdende de goedkeuring van een retributie op foorinrichtingen, frituren en sommige andere verkooppunten, van 1 januari 2020 tot en met 31 december 2025, en latere wijzigingen
Het gemeenteraadsbesluit van 20 december 2021 houdende de goedkeuring van een retributie op frituren op het openbaar domein van 1 januari 2022 tot en met 31 december 2025.
Het reglement retributie op frituren op het openbaar domein, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 20 december 2021, wordt vanaf 1 januari 2024 opgeheven.
Deze beslissing zal worden bekendgemaakt overeenkomstig artikelen 285 tot en met 288 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur.
Artikel 170, §4 van de Grondwet: uitdrukkelijke bevoegdheid van de gemeenteraad voor het invoeren van belastingen.
Ondanks de recente gezondheidscrisis en een macro-economische context die verstoord wordt door de energiecrisis en de inflatie, is het mogelijk, gezien de hoogte van de autofinancieringsmarge, een deel van de algemene middelen te laten terugvloeien naar de burger. Daarom wordt voor aanslagjaren 2024 en 2025 een verlaging van de aanvullende belasting op de personenbelasting met 0,2% voorgesteld. Hierdoor zal het huidige tarief van 7,3% verminderen naar 7,1%.
Omwille van de financiële behoefte van de gemeente is het nodig om de aanvullende belasting op de natuurlijke personen te heffen voor de komende jaren.
De aanvullende belasting op de natuurlijke personen kan voor meerdere jaren vastgesteld worden.
Het Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992 en meer bepaald de artikelen 464 tot en met 470/2
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
Het besluit van de Vlaamse Regering van 20 april 2018 betreffende de bekendmaking en raadpleegbaarheid van besluiten en stukken van het lokaal bestuur, betreffende de wijze waarop de reglementen en verordeningen van het lokaal bestuur worden bijgehouden in het register en betreffende de raadpleegbaarheid van de besluiten van de politiezones en hulpverleningszones
De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van 15 februari 2019 betreffende de gemeentefiscaliteit
Het gemeenteraadsbesluit dd. 7 september 2020 houdende de goedkeuring van de aanvullende belasting op de natuurlijke personen vanaf 1 januari 2011 tot en met 31 december 2025
De financiële toestand van de gemeente
Met ingang van 1 januari 2024 en voor een termijn eindigend op 31 december 2025 wordt ten behoeve van de gemeente een aanvullende belasting gevestigd ten laste van de rijksinwoners die belastbaar zijn in de gemeente op 1 januari van het aanslagjaar.
De belasting wordt vastgesteld op 7,1% van de overeenkomstig artikel 466 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 berekende grondslag voor hetzelfde aanslagjaar. Deze belasting wordt gevestigd op basis van het inkomen dat de belastingplichtige heeft verworven in het aan het aanslagjaar voorafgaande jaar.
De vestiging en de inning van de gemeentelijke belasting zullen door toedoen van het bestuur der directe belastingen geschieden, zoals bepaald in artikel 469 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen.
Dit reglement zal worden bekendgemaakt overeenkomstig artikelen 285 tot en met 288 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur.
Het belastingreglement aanvullende belasting op de natuurlijke personen van 1 januari 2024 tot en met 31 december 2025 zoals goedgekeurd in de gemeenteraad van 7 september 2020, wordt met ingang van 1 januari 2024, opgeheven.
Artikel 170, §4 van de Grondwet: uitdrukkelijke bevoegdheid van de gemeenteraad voor het invoeren van belastingen.
De gemeente Sint-Katelijne-Waver heeft een reglement voor vestiging van opcentiemen op de onroerende voorheffing. Dit reglement loopt t.e.m. 31 december 2025. Vanaf aanslagjaar 2024 is het wenselijk om dit reglement te hernieuwen, gezien de hervorming van de gemeentelijke belastingen. Tot op heden bedragen de opcentiemen voor alle partijen 880 opcentiemen. Gezien de hoge administratieve lasten voor zowel het bestuur als de ondernemers en een verouderde tarifering van de huidige bedrijfsbelasting, is het aangewezen om deze grotendeels in te kantelen in de onroerende voorheffing. Het voorstel is om het tarief voor gewone onroerende goederen te behouden op 880 opcentiemen, terwijl de opcentiemen op nijverheidsgoederen en materieel en outillage verhoogd zullen worden tot 1055 opcentiemen.
Het doel hiervan is de gemeentelijke bedrijfsfiscaliteit zodanig te vereenvoudigen waarbij de oplossing budgetneutraal is voor de gemeente. Concreet betekent dit dat deze aanpassing in het reglement geen structurele verhoging van de gemeentelijke inkomsten betekent. Integendeel, er wordt een kleine vermindering van de inkomsten voorzien als tegemoetkoming voor de vermindering in administratieve last.
De huidige bedrijfsbelasting betreft een aangiftebelasting op bedrijfsruimte met verschillende tarieven per sector die een grote jaarlijkse administratieve last meebrengt voor zowel de bedrijven als voor de gemeentelijke administratie. Bovendien blijkt het in de praktijk moeilijk het aangiftecriterium (gebruikte oppervlakte) te controleren, wat deze belasting zeer “aangiftegevoelig” maakt. De afschaffing voor deze belasting op bedrijfsruimte zal een belangrijke vermindering van de administratieve last voor de bedrijven en voor de gemeente betekenen. Tevens laat dit toe op een administratief eenvoudige manier een stabiele inkomstenstroom voor de gemeente Sint-Katelijne-Waver te waarborgen.
Het voorstel is om deze bedrijfsbelasting te herzien en te kiezen voor een flat fee/forfait zodat de administratieve last voor zowel bedrijven als gemeente vervalt. Daarnaast zal er geopteerd worden voor differentiatie van de opcentiemen zodat bedrijven in verhouding tot hun draagkracht bijdragen aan de financiële gezondheid van de gemeente. Deze inkanteling is ingevolge het decreet van 15 mei 2018, dat artikel 41 van het decreet lokaal bestuur wijzigt, sedert 2019 mogelijk geworden doordat het decreet lokaal bestuur nu een gedifferentieerd tarief voor de opcentiemen op de onroerende voorheffing toestaat. Hierdoor kan een afzonderlijk tarief voor het industrieel kadastraal inkomen bepaald worden, zonder het tarief voor het gewoon kadastraal inkomen te verhogen.
In het voorstel van het college van burgemeester en schepenen blijft het tarief voor de gewone onroerende goederen voor 2024-2025 ongewijzigd op 880 opcentiemen. Voor de industriële kadastrale inkomens (op nijverheidsgronden, nijverheidspanden en materieel en outillering) wordt het tarief gebracht op 1055 opcentiemen. De gedifferentieerde opcentiemen, in combinatie met de herwerkte bedrijfsbelasting, zorgen voor het optimaliseren van de inning en de inzet van schaarse overheidsmiddelen in functie van de inwoners en ondernemers van het grondgebied Sint-Katelijne-Waver.
De differentiatie opcentiemen zal volgende tarieven bevatten:
Categorie | Waarde aanslagjaar | Toelichting |
Standaard | 880 | Gemeentelijke opcentiemen voor alle gewone gebouwde en ongebouwde belastbare kadastrale inkomens (codes 1 (F,K,L,P) en 2 (F,K,L,P)) |
Nijverheid | 1055 | Gemeentelijke opcentiemen op de onroerende voorheffing op de gebouwde en ongebouwde belastbare kadastrale inkomens nijverheid en materieel en outillage (codes 3 (F,K,L,P), 4 (F,K,L,P), 5 (F,K,L,P) en 6 (F,K,L,P)) |
Aangezien de inning van deze belasting verloopt via de Vlaamse Belastingdienst (Vlabel), werd voorafgaandelijk advies aangevraagd omtrent de technische uitvoerbaarheid. Op 28/11/2023 hebben wij het positief advies ontvangen dat als bijlage bij dit punt wordt gevoegd. (Dit advies gaat nog uit van een hoger tarief voor nijverheid en materieel en outillage, maar uit recente simulaties is gebleken dat er verder kan verlaagd worden naar 1055 opcentiemen. Dit is afgestemd met de Vlaamse Belastingdienst en heeft geen effect op de technische uitvoerbaarheid die voor de rest dezelfde blijft.)
Het Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992 en meer bepaald artikel 464/1, 1°
Het decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit en meer bepaald artikel 2.1.4.0.2 en artikel 3.1.0.0.4
Het decreet van 18 november 2016 houdende de vernieuwde taakstelling en gewijzigde financiering van de provincies
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
Het besluit van de Vlaamse Regering van 20 april 2018 betreffende de bekendmaking en raadpleegbaarheid van besluiten en stukken van het lokaal bestuur, betreffende de wijze waarop de reglementen en verordeningen van het lokaal bestuur worden bijgehouden in het register en betreffende de raadpleegbaarheid van de besluiten van de politiezones en hulpverleningszones
De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van 15 februari 2019 betreffende de gemeentefiscaliteit
Het gemeenteraadsbesluit dd. 7 september 2020 houdende de goedkeuring van de opcentiemen op de onroerende voorheffing voor dienstjaren 2021-2025
De financiële toestand van de gemeente
Met ingang van 1 januari 2024 en voor een termijn eindigend op 31 december 2025 worden ten behoeve van de gemeente opcentiemen op de onroerende voorheffing gevestigd als volgt:
De vestiging en de inning van de gemeentebelasting gebeuren door toedoen van de Vlaamse Belastingdienst.
Dit reglement zal worden bekendgemaakt overeenkomstig artikelen 285 tot en met 288 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur.
Het belastingreglement aanvullende belasting opcentiemen onroerende voorheffing van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2025 zoals goedgekeurd in de gemeenteraad van 7 september 2020, wordt met ingang van 1 januari 2024, opgeheven.
Artikel 170, §4 van de Grondwet: uitdrukkelijke bevoegdheid van de gemeenteraad voor het invoeren van belastingen.
De gemeente streeft nog steeds een beleid na met volgende kenmerken:
De huidige bedrijfsbelasting is op zich gebaseerd op een eenvoudig meetbare grondslag, namelijk de oppervlakte die bedrijven, zelfstandigen of beoefenaars van een vrij beroep gebruiken of ter beschikking hebben. Echter, de huidige bedrijfsbelasting betreft een aangiftebelasting op bedrijfsruimte met verschillende tarieven per sector die een grote jaarlijkse administratieve last meebrengt voor zowel de bedrijven als voor de gemeentelijke administratie. Bovendien blijkt het in de praktijk moeilijk het aangiftecriterium (gebruikte oppervlakte) te controleren, wat deze belasting zeer “aangiftegevoelig” maakt. De afschaffing voor deze belasting op bedrijfsruimte zal een belangrijke vermindering van de administratieve last voor de bedrijven en voor de gemeente betekenen. Tevens laat dit toe op een administratief eenvoudige manier een stabiele inkomstenstroom voor de gemeente Sint-Katelijne-Waver te waarborgen. Daarnaast is de tarifering al jaren ongewijzigd.
Gezien de mogelijkheid die het decreet van 15 mei 2018, dat artikel 41 van het decreet lokaal bestuur wijzigt, sedert 2019 biedt, is het mogelijk geworden om een gedifferentieerd tarief te bepalen voor de opcentiemen op de onroerende voorheffing. Hierdoor kan een afzonderlijk (hoger) tarief voor het industrieel kadastraal inkomen bepaald worden, zonder het tarief voor het gewoon kadastraal inkomen te verhogen. Op deze manier kan de huidige bedrijfsbelasting grotendeels ingekanteld worden in de onroerende voorheffing.
Het voorstel is om de huidige bedrijfsbelasting te herzien en te kiezen voor een flat fee/forfait zodat de administratieve last voor zowel bedrijven, als gemeente vervalt. Daarnaast zal er geopteerd worden voor differentiatie van de opcentiemen zodat bedrijven in verhouding tot hun draagkracht bijdragen aan de financiële gezondheid van de gemeente. In het voorstel van het college van burgemeester en schepenen blijft het tarief voor de gewone onroerende goederen voor 2024-2025 ongewijzigd (momenteel op 880 opcentiemen). Voor de industriële kadastrale inkomens (op nijverheidsgronden, nijverheidspanden en materieel en outillering) wordt het tarief gebracht op 1058 opcentiemen (momenteel, volgens beslissing GR 18 december 2023). De gedifferentieerde opcentiemen, in combinatie met de herwerkte bedrijfsbelasting zorgen voor het optimaliseren van de inning en de inzet van schaarse overheidsmiddelen in functie van de inwoners en ondernemers van het grondgebied Sint-Katelijne-Waver.
Het doel hiervan is de gemeentelijke bedrijfsfiscaliteit zodanig te vereenvoudigen waarbij de oplossing budgetneutraal is voor de gemeente. Concreet betekent dit dat de voorgestelde aanpassingen in beide reglementen in totaal geen structurele verhoging van de gemeentelijke inkomsten betekenen. Integendeel, er wordt een kleine vermindering van de inkomsten voorzien als tegemoetkoming voor de vermindering in administratieve last.
Deze vernieuwde bedrijfsbelasting beoogt een bijdrage van zelfstandigen, beoefenaars van een vrij beroep en ondernemingen in de algemene bestuurlijke uitgaven van de gemeente. De ontvangsten en uitgaven van de gemeente dienen in evenwicht gehouden te worden. Hiertoe is het wenselijk te blijven voorzien in het heffen van eigen gemeentelijke belastingen specifiek geënt op de lokale omstandigheden en ter ondersteuning van bepaalde beleidsaspecten. Hiertoe is het redelijk dat de bedrijven (zelfstandigen en vennootschappen) ook bijdragen tot de financiële behoeften van de gemeente, gezien zij op een gelijkaardige manier gebruik maken van de gemeentelijke infrastructuur en dienstverlening als de inwoners van de gemeente, waarbij algemeen aangenomen wordt dat de bedrijven over een grotere financiële draagkracht beschikken dan de gezinnen in de gemeente.
Het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
Het besluit van de Vlaamse Regering van 20 april 2018 betreffende de bekendmaking en raadpleegbaarheid van besluiten en stukken van het lokaal bestuur, betreffende de wijze waarop de reglementen en verordeningen van het lokaal bestuur worden bijgehouden in het register en betreffende de raadpleegbaarheid van de besluiten van de politiezones en hulpverleningszones
De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van 15 februari 2019 betreffende de gemeentefiscaliteit
Het gemeenteraadsbesluit dd. 9 november 2020 houdende de goedkeuring van de belasting op de beschikbare bedrijfsruimten van ondernemingen, handelszaken en beoefenaars van vrije beroepen van 1 januari 2020 tot en met 31 december 2025
De financiële toestand van de gemeente
Met ingang van 1 januari 2024 en voor een termijn eindigend op 31 december 2025 wordt een algemene gemeentebelasting op bedrijven geheven.
Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:
De belasting is verschuldigd door de zelfstandige of de vennootschap die op 1 januari van het aanslagjaar op het grondgebied van de gemeente één of meerdere vestigingen voor het uitoefenen van een bedrijfsactiviteit gebruikt of tot gebruik voorbehoudt.
§1. Elke belastingplichtige is de belasting verschuldigd afzonderlijk per vestiging hoe ook genoemd, die door hem/haar wordt gebruikt of tot gebruik wordt voorbehouden en op het grondgebied van de gemeente is gelegen.
§2. Elkeen die de hoedanigheid heeft van zelfstandige of vennootschap op het grondgebied van de gemeente, heeft er minstens één belastbare vestiging, zoals bedoeld in artikel 2, 3° en behoort als zodanig tot de belastingplichtigen.
§3. Een maatschappelijke zetel wordt steeds beschouwd als een vestiging.
§4. Een inschrijving in de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) op een bepaald adres in de gemeente wordt gelijkgesteld met een maatschappelijke zetel of vestiging.
§5. Eén vestiging kan voor verschillende belastingplichtigen tegelijkertijd ter beschikking zijn.
§6. Een zelfstandige of een vennootschap van wie de beroeps- of bedrijfsdoeleinden uitsluitend een ambulant karakter hebben, heeft een belastbare vestiging op het adres van zijn/haar in de gemeente gelegen verblijfplaats of maatschappelijke zetel.
§7. De toestand in de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) op 1 januari van het aanslagjaar is bepalend voor de belastingplicht en de belasting is ondeelbaar verschuldigd voor het gehele jaar. Het feit dat in de loop van het aanslagjaar een natuurlijke persoon zijn/haar hoedanigheid van zelfstandige beëindigt, een vennootschap ophoudt te bestaan, de werkzaamheden met een geringe frequentie worden uitgevoerd, een belastbare vestiging wordt gesloten, heeft geen invloed op de belastingplicht en geeft geen aanleiding tot enige belastingvermindering. Indien uiterlijk op het moment van de vervaldag van de belasting bewezen wordt dat een natuurlijke persoon zijn/haar hoedanigheid van zelfstandige uiterlijk op 1 januari van het aanslagjaar volledig en definitief beëindigde en de nodige aanpassingen hiervoor in de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) geregistreerd werden of indien bewezen wordt dat een vennootschap uiterlijk op 1 januari van het aanslagjaar volledig en definitief ophield te bestaan en de nodige aanpassingen hiervoor in de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) geregistreerd werden, gaat de hoedanigheid van belastingplichtige verloren. Bij een tijdelijke onderbreking van de werkzaamheden of bij een inactiviteit, blijft de hoedanigheid van belastingplichtige verder bestaan.
De belasting bedraagt 99,00 euro per vestiging gelegen op het grondgebied van de gemeente.
Er worden onderstaande vrijstellingen voorzien:
De vestiging, de invordering en de geschillenprocedure gebeurt volgens de modaliteiten vervat in het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen.
Dit reglement zal worden bekendgemaakt overeenkomstig artikelen 285 tot en met 288 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur.
Het belastingreglement op de beschikbare bedrijfsruimten van ondernemingen, handelszaken en beoefenaars van vrije beroepen van 1 januari 2020 tot en met 31 december 2025 zoals goedgekeurd in de gemeenteraad van 9 november 2020, wordt met ingang van 1 januari 2024, opgeheven.
Artikel 249 decreet lokaal bestuur: § 3. De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stemmen over hun deel van elk beleidsrapport. Nadat de raden zo het beleidsrapport elk voor hun deel hebben vastgesteld, keurt de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn goed. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn.
De gemeenteraad kan het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn niet goedkeuren als dat de financiële belangen van de gemeente bedreigt. In dat geval vervalt de eventuele vaststelling van het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de gemeenteraad.
§ 4. Elke raad stemt telkens over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport. In afwijking daarvan kan elk raadslid de afzonderlijke stemming eisen over een of meer onderdelen die hij aanwijst. In dat geval mag de betrokken raad pas over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport stemmen na de afzonderlijke stemming. Als deze afzonderlijke stemming tot gevolg heeft dat het ontwerp van beleidsrapport moet worden gewijzigd, wordt de stemming over het geheel verdaagd tot een volgende vergadering van de raad. Als de andere raad voordien zijn deel van het beleidsrapport al had vastgesteld, vervalt die vaststelling en stelt die raad het gewijzigde ontwerp van beleidsrapport vast op een volgende vergadering.
Aan de gemeenteraad wordt de 7de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 voorgelegd.
De belangrijkste redenen voor de wijziging van het meerjarenplan zijn de volgende:
Er werd een voorontwerp gemaakt van de aangepaste strategische nota en financiële nota door de algemeen directeur en de financieel directeur, in overleg met het M-team, in zitting van 30 november 2023. Dit ontwerp werd besproken op het college van 4 december 2023.
De wijziging van de kredieten voor het lopende boekjaar vergt een aanpassing van het meerjarenplan. Het overzicht van de kredieten (schema M3) vermeldt dan de gewijzigde kredieten voor het lopende boekjaar.
Daarnaast is het logisch dat de raad beslist over belangrijke inhoudelijke wijzigingen in het beleid. Het bestuur zal het meerjarenplan dus ook aanpassen als er belangrijke bijsturingen van de acties, actieplannen en/of beleidsdoelstellingen moeten gebeuren. De regelgeving legt hiervoor geen regels op. Elk bestuur moet in het kader van de organisatiebeheersing zelf definiëren welke inhoudelijke wijzigingen alleen kunnen worden doorgevoerd via een aanpassing van het meerjarenplan.
Aan de omgevingsanalyse werd een annex toegevoegd.
Conform de richtlijnen werden schema's M2, T2 en T4 van het meerjarenplan verlengd tot en met 2026 om de financiële consequenties van ten minste 3 toekomstige boekjaren te kunnen tonen. Samengevat zijn de wijzigingen voor gemeente en OCMW voor 2023-2025 als volgt:
| Wijzigingen GEM | 2023 AMJP07 | 2024 AMJP07 | 2025 AMJP07 |
| Exploitatie (saldo) | 4.071.294 | 666.902 | 2.107.907 |
| - ontvangsten | 2.914.057 | 1.922.292 | 2.751.550 |
| - uitgaven | -1.157.237 | 1.255.390 | 643.643 |
| Investeringen (saldo) | 2.860.805 | 4.334.493 | -15.163.930 |
| - ontvangsten | -3.045.251 | 2.455.479 | -483.325 |
| - uitgaven | -5.906.056 | -1.879.014 | 14.680.605 |
| Financiering (saldo) | -3.360.719 | -11.363.610 | 12.845.655 |
| - ontvangsten | -3.377.760 | -11.365.082 | 12.278.279 |
| - uitgaven | -17.041 | -1.472 | -567.376 |
| Wijzigingen OCMW | 2023 AMJP07 | 2024 AMJP07 | 2025 AMJP07 |
| Exploitatie (saldo) | 243.398 | 335.620 | 290.712 |
| - ontvangsten | 441.184 | -109.749 | -345.402 |
| - uitgaven | 197.786 | -445.369 | -636.114 |
| Investeringen (saldo) | 0 | -110.767 | -83.000 |
| - ontvangsten | 0 | 28.767 | 0 |
| - uitgaven | 0 | 139.534 | 83.000 |
| Financiering (saldo) | 0 | 0 | 0 |
| - ontvangsten | 0 | 0 | 0 |
| - uitgaven | 0 | 0 | 0 |
De gemeenteraad keurt ook het deel van het aangepast meerjarenplan 07/2023 zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn van 18 december 2023 goed. Door deze goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel (gemeente én OCMW) geacht definitief vastgesteld te zijn.
Het Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018, en latere wijzigingen, betreffende de beleids- en de beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Dit besluit geeft een overzicht van de diverse beleids- en beheersrapporten die moeten worden opgemaakt en een aantal regels waaraan de boekhouding van de gemeente moet voldoen.
Ministerieel besluit van 26 juni 2018, en latere wijzigingen, tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen. In dit besluit worden de concrete schema's en rekeningstelsels vastgelegd.
De gemeenteraadsbeslissing van 16 december 2019 betreffende de vaststelling van het meerjarenplan 2020-2025.
Artikel 257 decreet lokaal bestuur: § 1. Minstens een keer per jaar wordt het meerjarenplan aangepast, waarbij in elk geval de kredieten voor het volgende boekjaar worden vastgesteld. Als dat nodig is, kunnen daarbij ook de kredieten voor het lopende boekjaar worden aangepast. Daarnaast kan het meerjarenplan, als dat nodig is, ook worden aangepast om alleen de kredieten voor het lopende boekjaar aan te passen.
Als voor 1 januari van het jaar dat volgt op de gemeenteraadsverkiezingen de kredieten voor dat boekjaar nog niet werden vastgesteld, worden, in afwijking van het eerste lid, op die datum de kredieten voor dat boekjaar automatisch vastgesteld op basis van de ramingen voor dat boekjaar in de financiële nota van het meerjarenplan.
Bij elke aanpassing van het meerjarenplan wordt het resultaat van de intussen vastgestelde jaarrekeningen verwerkt.
De periode van het meerjarenplan blijft altijd de periode, vermeld in artikel 254, tweede lid, maar de financiële nota beschrijft altijd de financiële consequenties voor ten minste drie toekomstige boekjaren.
§ 2. Een aanpassing van het meerjarenplan omvat minstens een aangepaste financiële nota, een toelichting en de eventuele wijzigingen van de strategische nota.
De gemeenteraad stelt haar deel van het aangepaste meerjarenplan 2020-2025 (07/2023) en de kredieten voor 2024 vast zoals hieronder wordt voorgesteld.
De gemeenteraad keurt het deel van het aangepaste meerjarenplan 2020-2025 (07/2023) en de kredieten voor 2024 van het OCMW goed.
Door deze goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel, zoals hieronder wordt voorgesteld, geacht definitief vastgesteld te zijn.
De gemeenteraad bepaalt dat er over het eerste semester van boekjaar 2024 een opvolgingsrapportering, met een stand van zaken van de uitvoering van het meerjarenplan, dient te worden voorgelegd aan de gemeenteraad van eind september 2024.
De bekendmaking van deze beslissing zal gebeuren overeenkomstig art. 330 van het decreet lokaal bestuur.
De lijsten zoals ze in de beleidsnota van de oude BBC (nominatieve subsidies, delegatie overheidsopdrachten,…) vervat zaten, bestaan niet meer. Het decreet lokaal bestuur heeft de huidige lijsten bij het budget losgekoppeld van de beleidsrapporten. Gelet op het feit dat de lijsten losgekoppeld zijn van de beleidsrapporten, nemen ze nu de vorm aan van afzonderlijke besluiten van de raad. Deze kunnen nog altijd gebundeld worden op een lijst, maar dit hoeft niet meer. Aangezien ze niet meer worden opgenomen in het meerjarenplan, kan de raad er afzonderlijk over beslissen, zonder dus een aanpassing van het meerjarenplan door te voeren, wat de flexibiliteit vergroot.
In de documentatie bij het meerjarenplan wordt wel nog een overzicht opgenomen van de toegestane werkings- en investeringssubsidies, waaronder ook de nominatief toegekende subsidies behoren. Dat overzicht houdt echter niet langer een beslissing in, maar is louter informatief. De documentatie maakt geen deel uit van het meerjarenplan en moet enkel ter beschikking worden gesteld aan de raadsleden.
De bevoegdheid voor “het toekennen van nominatieve subsidies” komt toe aan de raad. De raad moet dus een besluit nemen tot nominatieve toekenning van elke subsidie afzonderlijk. Om niet elk dossier apart voor te leggen aan de raad, wordt thans globaal een lijst van nominatief toe te kennen subsidies voorgelegd aan de gemeenteraad, die deze kan goedkeuren voor uitbetaling in 2020-2026. Wanneer bij de toekenning van deze bedragen zou afgeweken worden of wanneer een nieuwe nominatieve subsidie zou toegekend worden aan een begunstigde die niet in deze overzichtslijst is opgenomen én deze binnen de grenzen van de globale exploitatie of investeringen blijft, dient dat betreffend dossier apart aan de gemeenteraad voorgelegd te worden voor goedkeuring, zonder dat een aanpassing van het meerjarenplan vereist is.
De gemeenteraad geeft hiermee de opdracht aan het college van burgemeester en schepenen om de nominatieve subsidies uit te keren binnen het voorziene krediet per begunstigde zoals opgenomen in de bijlage. Een nominatieve subsidie wordt uitgekeerd op basis van een (dotatie)besluit of een subsidieaanvraag.
Op vraag van raadslid Maurice Verheyden wordt dit punt ter zitting opgesplitst in twee punten, enerzijds de nominatieve subsidies zonder kerkfabrieken en anderzijds de nominatieve subsidies aan de kerkfabrieken.
De wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen.
Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de BBC (BVR BBC).
Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de BBC (MB BBC).
De omzendbrief KB/ABB 2019/4 over de strategische meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de BBC.
De gemeenteraad keurt de aangepaste nominatieve subsidies 2023-2025 (zonder de kerkfabrieken) volgens het document in bijlage gehecht goed.
De gemeenteraad geeft de opdracht aan het college van burgemeester en schepenen om de nominatieve subsidies uit te keren binnen het voorziene krediet per begunstigde zoals opgenomen in de bijlage. Een nominatieve subsidie wordt uitgekeerd op basis van een apart raadsbesluit of een subsidieaanvraag. Een subsidieaanvraag wordt ondersteund met een kasverslag, jaarverslag of activiteitenverslag waaruit de financiële vraag duidelijk is. Na controle kan een nominatieve subsidie uitbetaald worden onder voorbehoud dat het uitvoeren van een nominatieve subsidie een controlerecht inhoudt en dat de nominatieve subsidie (deels) kan teruggevorderd worden wanneer de subsidie niet wordt aangewend voor de algemene werking van de begunstigde en/of aanvrager.
De lijsten zoals ze in de beleidsnota van de oude BBC (nominatieve subsidies, delegatie overheidsopdrachten,…) vervat zaten, bestaan niet meer. Het decreet lokaal bestuur heeft de huidige lijsten bij het budget losgekoppeld van de beleidsrapporten. Gelet op het feit dat de lijsten losgekoppeld zijn van de beleidsrapporten, nemen ze nu de vorm aan van afzonderlijke besluiten van de raad. Deze kunnen nog altijd gebundeld worden op een lijst, maar dit hoeft niet meer. Aangezien ze niet meer worden opgenomen in het meerjarenplan, kan de raad er afzonderlijk over beslissen, zonder dus een aanpassing van het meerjarenplan door te voeren, wat de flexibiliteit vergroot.
In de documentatie bij het meerjarenplan wordt wel nog een overzicht opgenomen van de toegestane werkings- en investeringssubsidies, waaronder ook de nominatief toegekende subsidies behoren. Dat overzicht houdt echter niet langer een beslissing in, maar is louter informatief. De documentatie maakt geen deel uit van het meerjarenplan en moet enkel ter beschikking worden gesteld aan de raadsleden.
De subsidies aan de kerkfabrieken worden op een aparte lijst vermeld.
De gemeenteraad keurt de subsidies aan de kerkfabrieken voor de jaren 2023-2025 goed.
De bevoegdheid voor “het toekennen van nominatieve subsidies” komt toe aan de raad. De raad moet dus een besluit nemen tot nominatieve toekenning van elke subsidie afzonderlijk. Om niet elk dossier apart voor te leggen aan de raad, wordt thans globaal een lijst van nominatief toe te kennen subsidies voorgelegd aan de gemeenteraad, die deze kan goedkeuren voor uitbetaling in 2020-2026. Wanneer bij de toekenning van deze bedragen zou afgeweken worden of wanneer een nieuwe nominatieve subsidie zou toegekend worden aan een begunstigde die niet in deze overzichtslijst is opgenomen én deze binnen de grenzen van de globale exploitatie of investeringen blijft, dient dat betreffend dossier apart aan de gemeenteraad voorgelegd te worden voor goedkeuring, zonder dat een aanpassing van het meerjarenplan vereist is.
De gemeenteraad geeft hiermee de opdracht aan het college van burgemeester en schepenen om de nominatieve subsidies uit te keren binnen het voorziene krediet per begunstigde zoals opgenomen in de bijlage. Een nominatieve subsidie wordt uitgekeerd op basis van een (dotatie)besluit of een subsidieaanvraag.
De wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen.
Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de BBC (BVR BBC).
Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de BBC (MB BBC).
De omzendbrief KB/ABB 2019/4 over de strategische meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de BBC.
De gemeenteraad keurt de aangepaste nominatieve subsidies 2023-2025 aan de kerkfabrieken volgens het document in bijlage gehecht goed.
De gemeenteraad geeft de opdracht aan het college van burgemeester en schepenen om de nominatieve subsidies uit te keren binnen het voorziene krediet per begunstigde zoals opgenomen in de bijlage. Een nominatieve subsidie wordt uitgekeerd op basis van een apart raadsbesluit of een subsidieaanvraag. Een subsidieaanvraag wordt ondersteund met een kasverslag, jaarverslag of activiteitenverslag waaruit de financiële vraag duidelijk is. Na controle kan een nominatieve subsidie uitbetaald worden onder voorbehoud dat het uitvoeren van een nominatieve subsidie een controlerecht inhoudt en dat de nominatieve subsidie (deels) kan teruggevorderd worden wanneer de subsidie niet wordt aangewend voor de algemene werking van de begunstigde en/of aanvrager.
De aanpassing in de dotatie aan de politiezone dient te worden vastgesteld door de gemeenteraad n.a.v. de goedkeuring van de budgetten.
De gemeentelijke bijdrage wordt vastgesteld op basis van het ontwerp van begroting van de politiezone Bodukap.
Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, in het bijzonder artikel 40, derde en zesde lid en artikel 71, eerste lid.
Koninklijk Besluit van 7 april 2005 houdende de nadere regels inzake de berekening en de verdeling van de gemeentelijke dotaties in de schoot van een meergemeente politiezone.
Omzendbrief PLP29 van 7 januari 2003 betreffende de gemeentelijke dotaties aan de politiezones.
Beslissing van het politiecollege dd. 4 juni 2019 houdende aanpassing van de verdeelsleutel waardoor Sint-Katelijne-Waver voor 28,1% bijdraagt in het tekort van de zone.
De bijdrage van de gemeente Sint-Katelijne-Waver zoals ingeschreven in de politiebegroting, zijnde een toelage voor de gewone dienst en een toelage voor de buitengewone dienst, wordt vastgesteld en aan de politiezone Bodukap toegekend.
Gewone dienst
2020 |
2021 |
2022 |
2023 |
2024 |
2025 | |
| Oorspronkelijk | 2.047.512,00 |
2.247.596,00 |
2.289.658,00 |
2.332.564,00 |
2.376.389,00 |
2.420.965,00 |
| Wijziging 09/10/2020 | -98.533,00 | -13.642,00 | -13.328,00 | -13.009,00 | -12.691,00 | -12.348,00 |
| Raming eind 2020 | 1.948.979,00 | 2.233.954,00 | 2.276.330,00 | 2.319.555,00 | 2.363.698,00 | 2.408.617,00 |
| Wijziging 19/11/2021 | -223.094,00 | +141.447,00 | +111.686,00 | +198.143,00 | +214.978,00 | |
| Raming eind 2021 | 2.010.860,00 | 2.417.777,00 | 2.431.241,00 | 2.561.841,00 | 2.623.595,00 | |
| Wijziging 06/12/2022 | -20.752,00 | +442.731,00 | +287.081,00 | +238.221,00 | ||
| Nieuwe raming | 2.397.025,00 | 2.873.972,00 | 2.848.922,00 | 2.861.816,00 | ||
| Wijziging 05/12/2023 | -323.420,00 | +237.234,00 | +332.979,00 | |||
| Nieuwe raming | 2.550.552,00 | 3.086.156,00 | 3.194,795,00 |
Buitengewone dienst
2020 |
2021 |
2022 |
2023 |
2024 |
2025 | |
| Oorspronkelijk | 90.193,00 |
89.920,00 |
89.920,00 |
89.920,00 |
89.920,00 |
89.920,00 |
| Wijziging 06/12/2022 | +835,00 | -6.070,00 | - | - | ||
| Nieuwe raming | 90.755,00 | 83.850,00 | 89.920,00 | 89.920,00 | ||
| Wijziging 05/12/2023 | - | +56.200,00 | +18.265,00 | |||
| Nieuwe raming | 83.850,00 | 108.185,00 | 108.185,00 |
Afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de provinciegouverneur, aan de financieel directeur en aan de bijzondere rekenplichtige van Bodukap.
Op vrijdag 6 september 2019 heeft de zoneraad van Brandweerzone Rivierenland de gemeentelijke dotaties voor de dienstjaren 2020-2025 vastgelegd. De dotatie is gebaseerd op het aantal inwoners. Op 4 november 2019 heeft de gemeenteraad de dotaties voor de jaren 2020-2025 voor Brandweerzone Rivierenland vastgesteld.
Op vrijdag 2 april 2021 werd de brandweerzone geïnformeerd over de federale dotaties voor het dienstjaar 2021. De federale overheid heeft de brandweerzones een bijkomende dotatie toegekend en voor brandweerzone Rivierenland gaat het over 873.632,97 euro. Diezelfde dag heeft de zoneraad in haar zitting beslist die bijkomende dotatie te laten terugvloeien naar de gemeenten volgens de bestaande verdeelsleutel. De impact op de geplande exploitatiedotatie voor het dienstjaar 2021 voor onze gemeente bedroeg 43.332,00 euro waardoor de exploitatiedotatie voor het dienstjaar 2021 verminderd werd tot 1.026.200,00 euro.
Op 1 oktober 2021 heeft de brandweerzone de begroting voor het dienstjaar 2022 van de brandweerzone goedgekeurd en besliste daarmee ook de bijkomende federale dotaties voor de volgende jaren (2022-2025) te laten terugvloeien naar de gemeenten volgens de bestaande verdeelsleutel. Ook de speciale investeringsdotatie in 2023 viel weg. Ook de geplande exploitatiedotatie voor dienstjaren 2022-2025 voor onze gemeente kon hierdoor jaarlijks verminderd worden met 43.332 euro en de geplande investeringsdotatie voor het dienstjaar 2023 met 223.200 euro.
De brandweerzone heeft op 8 september 2023 zijn nieuwe cijfers voorgesteld voor meerjarenplanning 2024-2026. Door een aantal bijsturingen te doen in de exploitatieuitgaven, kan de gemeentelijke bijdrage voor de jaren 2024-2026 status quo blijven op 1.026.200,00 euro en de investeringen op 24.800,00 euro.
De zoneraad van 6 oktober keurde de begroting voor het dienstjaar 2024 van de brandweerzone goed. Door een aantal bijsturingen te doen in de exploitatieuitgaven, kan de gemeentelijke bijdrage voor de jaren 2024-2026 status quo blijven op 1.026.200,00 euro en de investeringen op 24.800,00 euro.
WET VAN 15 MEI 2007 BETREFFENDE DE CIVIELE VEILIGHEID. (B.S. 31.07.2007) en (erratum 01.10.2007):
Art. 68.* § 1. De gemeentelijke dotatie wordt ingeschreven in de uitgaven van elke gemeentebegroting. Zij wordt ten minste in twaalfden uitbetaald.
§ 2. De dotaties van de gemeenten van de zone worden jaarlijks vastgelegd door de raad op basis van een akkoord, bereikt tussen de verschillende betrokken gemeenteraden. Het akkoord wordt bereikt ten laatste op 1 november van het jaar voorafgaand aan het jaar waarvoor de dotatie bestemd is.
Ministeriële omzendbrief van 26 juli 2018 betreffende de onderrichtingen voor de opmaak van de begroting van de hulpverleningszones voor 2019 en de bijhorende begrotingswijziging
De gemeenteraad neemt kennis van de goedkeuring van de begroting 2024 door de zoneraad van brandweerzone Rivierenland op 6 oktober 2023. Op basis van de projecties kunnen de gemeentelijke dotaties voor 2024 en 2025 verlaagd worden omwille van bijsturingen in de werkings- en personeelskosten. De geplande exploitatiedotatie voor dienstjaren 2024-2025 voor onze gemeente zal daardoor dalen met respectievelijk 72.846 euro en 230.269 euro. De geplande investeringsdotaties wijzigen niet. De exploitatie- en investeringstoelage voor 2026 blijft status quo op respectievelijk 1.026.200 en 24.800 euro.
Het gemeentebestuur van Sint-Katelijne-Waver en de Vrije Basisschool WAVO maken beide gebruik van het voormalig bibliotheekfiliaal in de Vinkenhofstraat gelegen in Onze-Lieve-Vrouw-Waver.
Het gemeentebestuur organiseert hier een werking in voor kinderen en jongeren tijdens de schoolvakanties. Ook 'Bib op school' vindt plaats in deze infrastructuur. Verder staat de ruimte ook ter beschikking van verenigingen om te huren op schooldagen na 18u.
Basisschool WAVO gebruikt de ruimtes van dit filiaal tijdens het schooljaar als leesruimte, uitbreidingsklas, naschoolse opvang,...
Voor de organisatie van een werking voor kinderen en jongeren tijdens vakantieperiodes is het noodzakelijk dat de speelplaats, refter, toiletten en speelbos van de school kunnen gebruikt worden.
Dit wederzijds gebruik van de gemeentelijke infrastructuur en de afspraken hierrond worden nu verder duurzaam verankerd in een nieuwe overeenkomst met een looptijd van 9 jaar vanaf ondertekening.
De overeenkomst tussen de gemeente Sint-Katelijne-Waver en basisschool WAVO legt in artikel 1 de wederzijdse verplichtingen van beide contracten vast.
" Het gemeentebestuur stelt de ruimtes voor “Bib op school” en de bovenverdieping van het voormalig bibliotheekfiliaal in de Vinkenhofstraat tijdens de schoolperiodes van 8u tot 18u ter beschikking aan WAVO. Tijdens de schoolperiodes is het gemeentebestuur bereid om ook de benedenverdieping ter beschikking te stellen aan WAVO op voorwaarde dat het gebruik en inrichting te verzoenen zijn met de verhuur aan verenigingen. Het gemeentebestuur en WAVO zullen hierover nadere afspraken maken.
Tijdens het schooljaar stelt WAVO vanaf 18 uur en tijdens het weekend de toiletten van de school ter beschikking van het gemeentebestuur voor gebruik door verenigingen.
Tijdens kortere vakanties kan het voormalige bibliotheekfiliaal ook gebruikt worden door het gemeentebestuur. Voor het gebruik van de overige ruimten zullen het gemeentebestuur en WAVO de nodige afspraken maken.
Tijdens de zomervakantie
WAVO stelt ter beschikking aan het gemeentebestuur de speelplaats, het speelbos, de refter en de toiletten voor een werking voor kinderen en jongeren."
Verder is de overeenkomst kosteloos en kent ze een looptijd van 9 jaar.
De overeenkomst spreekt ook nog over het beheer en onderhoud van de infrastructuur en legt partijen de verplichting op om de nodige verzekeringen af te sluiten.
Artikel 56 §3,1° Decreet Lokaal Bestuur
Het college vraagt aan de gemeenteraad om de overeenkomst met basisschool WAVO omtrent het wederzijds gebruik van de infrastructuur in de Vinkenhofstraat goed te keuren.
KLJ Hagelstein heeft, in samenspraak met andere verenigingen, de vzw één Hagelstein opgericht om hun huidige KLJ-lokaal uit te breiden en te verbouwen. De VZW één Hagelstein verkreeg hiervoor een omgevingsvergunning op 21 augustus 2023 (OV/2023/180).
Voor deze uitbreiding doen de jeugdverenigingen binnen de vzw beroep op de gemeentelijke subsidie- en leenmogelijkheid die geboden wordt in het subsidiereglement van 7 november 2016.
Eén van de voorwaarden uit dit reglement is het afsluiten van een overeenkomst tussen het gemeentebestuur en de ontlener van de gemeentelijke gelden met het oog op transparante en afgestemde terugbetaling (zie artikel 12).
De overeenkomst werd opgesteld en nagekeken door alle contractspartijen. De overeenkomst wordt nu voorgelegd aan de gemeenteraad ter goedkeuring.
De overeenkomst bevat na de projectomschrijving en de verantwoordelijkheden een uiteenzetting van het verleende recht van erfpacht door de gemeente Sint-Katelijne-Waver aan de vzw één Hagelstein. Dit recht van erfpacht is op exact dezelfde wijze samengesteld als bij de eerdere jeugdverenigingen waarmee een erfpacht werd afgesloten. De erfpacht is kosteloos, kent een duurtijd van 40 jaar en kan verlengd worden voor een periode van 10 jaar tenzij de contractspartijen anders aangeven.
Daarnaast gaat de overeenkomst ook dieper in op de financieringsvoorwaarden gekoppeld aan het ontleende bedrag door de gemeente Sint-Katelijne-Waver. Zo is er voor beide partijen van bij de start voldoende duidelijkheid over de modaliteiten van de terugbetaling en de eventuele gevolgen van een niet of laattijdige terugbetaling.
Verder worden een aantal bepalingen uit het subsidiereglement van november 2016 letterlijk mee opgenomen in de overeenkomst.
De overeenkomst zal ook mee opgenomen worden in de latere erfpachtakte die zal ondertekend worden met de vzw één Hagelstein.
Tussen het gemeentebestuur, de vzw 'één Hagelstein', de KLJ-jongens Hagelstein en de KLJ-meisjes Hagelstein', wordt een overeenkomst afgesloten zoals voorzien in bijlage aan dit besluit.
Het huidige politiereglement dient aangepast te worden naar nieuwe wettelijke bepalingen (vb. afvalinzameling) en naar hedendaagse maatschappelijke fenomenen (vb. deelwagens).
Na intens overleg tussen de BODUKAP-gemeenten en de politiezone zijn verscheidene aanpassingen toegevoegd aan het reglement.
De verschillende aanpassingen liggen ter goedkeuring van de gemeenteraden van de gemeenten BODUKAP in november en december.
Het politiereglement van de gemeenten BODUKAP dient aangepast te worden aan nieuwe maatschappelijke tendensen en juridische verplichtingen.
Zo is er onder andere de intrede van de nieuwe PMD+ zak, de verplichte sterilisatie of castratie van katten en de regelgeving rond het verbranden en sluikstorten van afval. Verder wordt er voorzien in regelgeving voor het exploiteren van deelsystemen van voertuigen, worden de mini-containers geschrapt uit het politiereglement en is er een uitbreiding van het hoofdstuk van de gemeentelijke administratieve sancties.
Daarnaast zijn er een aantal beleidskeuzes gemaakt om de goede orde en het maatschappelijk oogmerk te verbeteren. Er wordt o.a. een verbod op magneetvissen ingevoerd en het wordt expliciet verboden om zich op bevroren wateren te begeven zonder toelating van de bevoegde autoriteiten.
Vanuit de jeugdraad werd op 28/11/2023 een unaniem positief advies verleend over de aanpassingen aan het reglement.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om het nieuwe gemeentelijk politiereglement BODUKAP goed te keuren.
Decreet over het lokaal bestuur, Art. 40 §3. De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast. Met behoud van de toepassing van de federale wetgeving in verband met de bevoegdheid van de gemeenteraad om politieverordeningen vast te stellen, kunnen de reglementen onder meer betrekking hebben op het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke belastingen en retributies, en op het inwendige bestuur van de gemeente.
De gemeenteraad keurt het geactualiseerde gemeentelijk politiereglement BODUKAP goed. Dit treedt in werking op 1 december 2023 en heft vanaf die datum de voorgaande versie op.
Deze beslissing wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 en 287 van het Decreet over het Lokaal Bestuur en ter kennisgeving overgemaakt aan de gemeentebesturen van Putte, Duffel en Bonheiden, aan GAS-Rivierenland en aan de politiezone BODUKAP.
Al in 2012 kwam een bijkomende verbinding naar Donk op de radar van de dienst patrimonium en besliste de gemeenteraad op 17 december 2012 tot aankoop van perceel 487L. Met deze aankoop werd deze verbinding en het speelbos in het latere RUP opgenomen. De gemeenteraad keurde op 30 november 2015 het RUP 010 zonevreemde recreatie definitief goed. Een onderdeel van dit RUP heeft betrekking op de recreatiezone binnen de kern Pasbrug-Nieuwendijk en meer bepaald deelplan Valkstraat.
Op 7 september 2015 besliste de gemeenteraad om de toegangsweg naar de scouts en het buitengewoon plekje te verbreden naar 4m zoals in het RUP voorzien (o.a. voor de hulpdiensten), door de aankoop van een smalle strook en verbreding vooraan.
In 2022 kocht de gemeente de percelen 500P2, 500B2, 500V2 en 500T2 en het perceel 884A, die bijdragen aan de realisatie van de functies uit het RUP 010 deelgebied Valkstraat.
In 2023 kocht de gemeente het perceel 514E. Het perceel 514E werd in het RUP 010 ingekleurd als zone voor bos en ook de verbinding tussen het speelplein en de voetbal (overdruk RUP) kan hiermee gerealiseerd worden.
De gemeente Sint-Katelijne-Waver is verder ook in afsluitende onderhandeling met de eigenaars van perceel 500K2 zodat de gehele zone kan ontwikkeld worden zoals bedoeld in het RUP010. De huidige eigenaars tekenden een verkoopbelofte voor deze grond. Het perceel 500K2 werd in het RUP 010 deelplan Valkstraat ingekleurd als zone voor openluchtrecreatie en een klein deel als zone voor speelbos en de eerder vermelde aanduiding voor trage verbinding naar Donk. Het is het sluitstuk van de te ontwikkelen recreatiezone.
Om het beleid van de gemeente Sint-Katelijne-Waver rond trage wegen om te zetten in de praktijk werd er door landmeter De Troyer een ontwerp wegenis wandelpad - rooilijn van 1 december 2023 met nr. 21.8634-07 opgemaakt.
De voorlopige vaststelling van deze rooilijn voor de trage verbindingsweg tussen Valkstraat en Donk is in overeenstemming met de doelstellingen en principes van artikel 3 en artikel 4 van het Decreet Gemeentewegen van 1 september 2019.
In zitting van 2 juni 1997 keurde de gemeenteraad het wegtracé van de verkavelingsaanvraag Kriekenveld tussen de Mechelsesteenweg en de Valkstraat goed. De verbinding naar de Valkstraat werd voorzien als trage weg in dolomiet.
In zitting van 22 juni 2015 keurde de gemeenteraad het wegentracé van de verkavelingsaanvraag ter hoogte van Moermansstraat- Vijverstraat goed. De verbinding van de Vijverstraat naar de Kasteellaan werd mee aangepakt en doet sindsdien enkel nog dienst als trage weg.
De appreciatie voor en het belang van trage wegen in onze hedendaagse maatschappij is nog steeds heel hoog. Trage verbindingen, zowel de historische kerk- en voetwegels als de recente doorsteken in verkavelingen, zijn van belang in de ruimtelijke structuur van een gemeente. Het netwerk van trage wegen is van belang voor een veilig functioneel en recreatief verkeer.
Trage wegen bieden, zeker voor korte afstanden, een alternatieve en verkeersveilige route voor bijvoorbeeld schoolgaande kinderen. Verder kunnen trage wegen een verbinding maken tussen en naar dorpskernen. Daarnaast kunnen trage wegen de ontbrekende schakel vormen om een route voor de zachte weggebruiker compleet te maken.
De trage verbinding tussen de Valkstraat en Donk ligt in het recreatiegebied Valkstraat en verbindt de voetbalterreinen met de scoutsterreinen/het buitengewoon plekje en het speelbos voor traag verkeer.
Op 20 februari 2023 besliste het college om attractieve speelpatronen aan te brengen op het verhard gedeelte op het speelterrein aan de scouts in de Valkstraat. Het speelbos aan de andere zijde van het binnengebied geeft mogelijkheden tot andere spelvormen.
Bestaande erfdienstbare uitwegen blijven behouden, zij zijn echter ondergeschikt aan de openbare trage wegen. Gebruikers van deze erfdienstbaarheden zullen zich moeten aanpassen aan het trage regime en dienen voorrang te verlenen aan de trage gebruikers.
Samenhang met de wettelijke bepalingen:
De basisdoelstelling van het Decreet Gemeentewegen is de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren door middel van een geïntegreerd beleid op lokaal niveau.
Bijzondere aandacht gaat naar het garanderen van de huidige en toekomstige behoeften inzake zachte mobiliteit, onder meer door maatregelen te nemen voor de herwaardering en bescherming van een fijnmazig netwerk van trage wegen. Trage verbindingen zijn van belang voor een veilig functioneel en recreatief verkeer in de ruimtelijke structuur van een gemeente. Een netwerk van trage wegen draagt bij tot een aangename en veilige mobiliteit.
Het beleid van de gemeente Sint-Katelijne-Waver is overeenkomstig artikel 3 van het Decreet Gemeentewegen gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling, waarbij de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen worden. Het staat ontegensprekelijk vast dat door het bestemmen van de betreffende stroken grond tot een "trage" gemeenteweg, deze tevens ten dienste staat van het algemeen belang, dewelke de verkeersveiligheid van de zwakke weggebruiker alleen maar ten goede zal komen en waarbij het de bedoeling is dat ook de toekomstige generaties van deze weg en het verlengde ervan, gebruik zullen kunnen blijven maken, om zich op een veilige manier te kunnen verplaatsen op het grondgebied van de gemeente Sint-Katelijne-Waver en zo minder in conflict te moeten komen met het gemotoriseerd verkeer van de Valkstraat.
De voorgestelde rooilijn creëert verbindingen die door het huidig wegennetwerk enkel gerealiseerd kunnen worden via reeds bestaande wegenis. De bestaande wegenis brengt verscheidene vervoersmogelijkheden met elkaar in conflict, kent een langer traject en heeft een zeer beperkte belevingswaarde. De voorgestelde rooilijn scheidt de vervoersstromen waardoor een veilige doorsteek mogelijk is, kent een korter traject en loopt langs bos- en recreatiegebied wat een grote meerwaarde biedt aan de gebruikers van de wegenis.
Beleid van de gemeente:
Van 2001 tot en met 2008 nam de gemeente Sint-Katelijne-Waver deel aan het intergemeentelijk natuurproject BenedenDijlevallei. Dit project was een samenwerkingsverband tussen zes partners: de gemeenten Willebroek, Mechelen, Sint-Katelijne-Waver en Bonheiden, de vzw Natuurpunt en als uitvoerende partner de intercommunale IGEMO. Binnen dit intergemeentelijk natuurproject ontstond het project Trage Wegen met volgende doelstellingen: een basisinventarisatie opstarten samen met vrijwilligers, een eerste aanzet geven tot het detecteren van opportuniteiten en knelpunten van trage wegen, de problematiek rond trage wegen aankaarten en de gemeente een instrument aanreiken om een beleid m.b.t. trage wegen te ontwikkelen. Tijdens dit project hebben vier vrijwilligers in 2004 ongeveer 80% van het grondgebied van Sint-Katelijne-Waver geïnventariseerd. Samen vonden zij 266 trage wegen en 167 verdwenen wegen.
De gemeente Sint-Kateline-Waver besteedt aldus bijzonder aandacht aan de trage wegen op haar grondgebied en de uitbouw van een fijnmazig en veilig verkeersnetwerk voor zwakke weggebruikers zodat wandelaars en fietsers veelvuldig gebruik kunnen maken van de trage wegen op het grondgebied van de gemeente Sint-Kateline-Waver.
Het betreft een actief speerpunt van de gemeente Sint-Katelijne Waver.
Op 1 december 2008 keurde de gemeente Sint-Katelijne Waver de overeenkomst met Igemo goed voor het PDPO-project buurt- en voetwegen. Dit project heeft tot doel om de uitbouw van een regionaal fijnmazig en veilig verkeersnet voor alle zwakke weggebruikers op te starten zodat wandelaars en fietsers veelvuldig gebruik kunnen maken van de trage wegen in hun gemeente.
Dit doel wordt nagestreefd door uitvoering van het volgende stappenplan:
Stap 1: Opstart van het regionaal samenwerkingsverband voet- en buurtwegen
Stap 2: Communicatie en sensibilisatie
Stap 3: In kaart brengen van het fijnmazig net van buurt- en voetwegen
Stap 4: Rondvraag bij de bevolking
Stap 5: Selectie en uittekening van één gemeentelijk en intergemeentelijk functioneel buurt- en voetwegen netwerk
Stap 6: Herwaardering en/of (her)inrichting van het functioneel gemeentelijk en intergemeentelijk buurt- en voetwegen netwerk
Stap 7: Bepaling herwaarderingsvoorstellen voor resterende buurt- en voetwegen
Door Igemo werd een rapport opgesteld met een herwaarderingsplan en selectiekaart, er werden ook diverse quick wins op het terrein uitgevoerd tot 2013.
Nadien, en dit tot op vandaag, wordt de herwaardering van en aansluiten op bestaande trage wegen door de dienst patrimonium van de gemeente Sint-Katelijne Waver ter harte genomen. De dienst patrimonium heeft reeds veelvuldig initiatieven genomen om met eigenaars in onderhandeling te gaan om zoveel mogelijk dit fijnmazig netwerk te kunnen vervolledigen.
De gemeente Sint-Katelijne-Waver wenst aldus het verkeer op haar grondgebied op een duurzame en veilige manier te organiseren waarbij voor de fietsers extra maatregelen worden genomen om het netwerk te vervolledigen: ontbrekende schakels worden ingevuld en zorgen er mee voor dat de aantrekkingspolen in de gemeente beter bereikbaar worden per fiets. Voor de voetgangers zet de gemeente evenzeer in op de uitbouw van het trage wegennetwerk. De renovatie van een selectie van trage wegen zorgt ervoor dat de aantrekkingspolen zoals scholen, jeugdlokalen, speelpleinen beter bereikbaar worden te voet. De gemeente wenst aldus in te zetten op het voorzien van alternatieve autoluwe wandel- en fietsroutes. Met de voorliggende trage verbindingen ter hoogte van de Valkstraat tot aan Donk wordt daaraan tegemoet gekomen.
Op de kaart zone 06 uit het PDPO- project werd de interessante verbinding 06,08 naar de Vijverstraat opgetekend. Deze werd ondertussen ook bestemd als zuivere trage weg waardoor mooi kan aangesloten worden op het militair domein "Esbrouckbos" en eventueel het recreatieve "spoorzoekerspad".
Op 30 maart 2020 besliste het college om "Esbrouckbos" als definitieve naam voor te leggen aan ANB en Regionaal Landschap Rivierenland. Op 22 augustus 2022 ging het college akkoord met het nieuwe ontwerp van de toegankelijkheidsregeling voor het Esbrouckbos.
Ook de verbinding 06,13 naar Kriekenveld sluit mooi aan als trage weg naar het binnengebied eveneens weergeven op kaart zone 06 van PDPO project Trage Wegen. De verbinding werd aangelegd in dolomiet eind 2001.
Praktisch:
Op het ontwerp wegenis wandelpad - rooilijn van landmeter De Troyer van 1 december 2023 met nr. 21.8634-07 zijn wandelpaden in drie richtingen ontworpen:
het eerste pad verbindt de Valkstraat van zuid naar noord met Donk en het speelbos;
een tweede wandelpad verbindt de voetbal en de parking met het buitengewoonplekje en de scoutslokalen;
het derde pad verbindt het buitengewoonplekje met het speelbos langs o.a. grachten en houtkanten. Dit is een verbinding langs groenelementen. Dit wandelpad maakt een connectie tussen de lokalen voor de jeugdvereniging en het speelbos waardoor een koppeling van activiteiten via een veilige verbinding wordt mogelijk gemaakt. Het wandelpad loopt mede door bosgebied waardoor natuurbeleving centraal kan komen te staan door de toekomstige aanplant.
Een secundaire bestaande verbinding met aanwezige erfdienstbaarheden tussen Valkstraat 42 en Valkstraat 44 wordt eveneens mee opgenomen in de trage wegen zodat het dienstgebruik van deze verbinding ondergeschikt wordt aan het trage weggebruik. De secundaire verbinding, weergegeven als 'bestaande dreef', maakt deel uit van een onderhandeling tussen de gemeente en de eigenaar om over te gaan tot aankoop. De huidige uitrusting van deze weg blijft minstens behouden, kwalitatieve verbeteringen om de doorgang blijvend mogelijk te maken, zijn in de toekomst steeds mogelijk.
De nieuwe rooilijn voor de paden is standaard op 3,5m breedte ontworpen. Er wordt 2,5m breedte voorzien voor de aanleg van de nieuwe paden conform de bepalingen van het RUP 010 zonevreemde recreatie, deelplan Valkstraat. Bijkomend wordt er langs beide zijden een breedte van 0,5m voorzien voor het verzekeren van kwalitatief onderhoud van de paden. Zo blijft er de mogelijkheid om met de nodige machines en eventuele kranen gebruik te maken van de paden voor onderhoud en herstel. Op plaatsen waar het pad naast de gracht loopt of op de plaatsen waar het pad verhoogd ligt (aan het speelplein hoogteverschil van 1m), worden deze aanhorigheden mee in de rooilijn opgenomen.
De uitrusting van de 3 wandelpaden die zijn opgenomen in het ontwerpplan zal bestaan uit grindgazon. Dit heeft een beperkte ecologische neerslag op de onderliggende bestemmingen van de gronden waarover deze wandelpaden lopen. De verdere uitrusting van deze wandelpaden (al dan niet verlichting, vuilbakken, rustbanken) zal meegenomen worden in de omgevingsvergunning voor de aanleg ervan.
De nieuwe rooilijn voorziet in een verbetering van de mobiliteit, en in het bijzonder de mobiliteit van voetgangers en fietsers die gebruik maken van de verbindingen binnen het recreatiedomein. Ze voorziet eveneens in een goede en onderhoudbare waterhuishouding voor het volledige binnengebied.
Om de waterhuishouding volledig in kaart te brengen en te kunnen onderhouden, wordt er bijkomend een erfdienstbaarheid gevestigd langsheen de gracht vanaf het 'buitengewoon plekje'. De erfdienstbaarheid kent een breedte van 2m langsheen de percelen 513N, 513P en 513R omdat de gemeente Sint-Katelijne-Waver eigenaar is van het aangrenzende perceel 514E en van hieruit het onderhoud kan uitvoeren. De erfdienstbaarheid kent een breedte van 5,5m langsheen de percelen 513T, 513V, 515B en 515/02M en 514D omdat hier bijkomend een strook wordt voorzien van 3,5m ter onderhoud en ruiming van de gracht. Deze strook van 3,5m wordt voorzien op het perceel 514D.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017
Het Decreet houdende gemeentewegen van 3 september 2019
De gemeenteraad keurt het rooilijnplan voorlopig goed zoals dit werd opgemaakt en ondertekend dd. 1 december 2023 met nr. 21.8634-07 door landmeter-expert Annelies De Troyer beëdigd en ingeschreven op het tableau van de federale raden van landmeters-experten met nummer LAN 081390 handelend in opdracht van Landmeetbureau De Troyer, gevestigd te Sint-Niklaas.
De gemeenteraad stelt eveneens het tracé van de nieuwe trage weg voorlopig vast zoals weergeven op het ontwerpplan van landmeter De Troyer dd.1 december 2023 met nr. 21.8634-07.
De gemeenteraad stelt voorlopig de erfdienstbaarheid vast voor het onderhoud en beheer van de gracht. De erfdienstbaarheid start aan het 'buitengewoon plekje' met een breedte van 2m langsheen de percelen 513N, 513P en 513R en gaat over in een breedte van 5,5m langsheen de percelen 513T, 513V, 515B, 515/02M en 514D waarvan 3,5m strook erfdienstbaarheid rust op het perceel 514D ter onderhoud en ruiming van de gracht.
De gemeenteraad bestemt hiermee de gronden binnen de rooilijnen zoals weergegeven op plan van landmeter De Troyer dd. 1 december 2023 met nr. 21.8634-07, voorlopig als openbare wegenis en specifiek als trage weg.
De gemeenteraad verzoekt het college van burgemeester en schepenen om het besluit tot voorlopige vaststelling van het rooilijnplan te onderwerpen aan een openbaar onderzoek, zoals voorgeschreven in artikel 17, § 2 en 21,§2 van het Decreet houdende gemeentewegen van 3 mei 2019.
Informatie is een belangrijk bedrijfsmiddel en moet daarom op geschikte wijze beschermd worden. Juiste, volledige en beschikbare informatie is voor de werking van het gemeentebestuur even onontbeerlijk als voor eender welke andere organisatie. Informatieveiligheid beschermt de beschikbare gegevens tegen een brede waaier van bedreigingen, die de continuïteit van de dienstverlening kunnen verstoren, schade kunnen veroorzaken en de goede werking kunnen verhinderen.
De maatregelen die we als gemeentebestuur dienen te nemen om deze informatieveiligheid te waarborgen, komen tot uiting in een informatieveiligheidsplan dat dient te worden opgesteld door een informatieveiligheidsconsulent.
Het college van burgemeester en schepenen keurde in zitting van 24 juli 2023 de samenwerkingsovereenkomst met C-Smart voor de ontwikkeling van een informatieveiligheidsplan en het het inzetten van een Functionaris Gegevensbescherming goed. Deze overeenkomst loop voor een periode van 3 jaren met ingang van 1 januari 2023. Het opmaken van een nieuw informatieveiligheidsplan 2024-2026 en de verdere uitrol vormt het onderwerp van deze overeenkomst.
Het huidige informatieveiligheidsplan 2021-2023 loopt eind dit jaar af. Een nieuw informatieveiligheidsplan 2024-2026 werd opgemaakt.
De regelgeving op de privacy en het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer legt verplichtingen op aan lokale besturen met betrekking tot het omgaan met persoonsgegevens, al dan niet digitaal. De concrete toepassing van deze verplichtingen dient in een lokaal informatieveiligheidsplan te worden gebundeld.
Het is aan onze functionaris gegevensbescherming, i.c. de heer Rik Geerts van C-Smart, om te waken over de toepassing van dit plan door de organisatie.
De Vlaamse overheid ziet, via de Vlaamse Toezichtscommissie voor het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer, toe op de werking ervan en machtigt de lokale besturen om toegang te nemen tot noodzakelijke databanken in beheer door de Vlaamse en federale overheden. Zonder dit informatieveiligheidsplan en de aanstelling van een functionaris gegevensbescherming kunnen we als lokaal bestuur niet langer toegang krijgen tot deze gegevens, wat problemen zou opleveren voor de efficiënte werking van de organisatie.
De stuurgroep informatieveiligheid gaf in zitting van 22 november 2023 positief advies over het informatieveiligheidsplan 2024-2026.
Het college van burgemeester en schepenen keurde dit nieuwe informatieveiligheidsplan 2024-2026 goed in zitting van 27 november 2023.
Federale wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, Art.16§4 en Art.17§1
Vlaams decreet van 18 juli 2008 betreffende het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer (e-gov decreet), Art.8 en Art.9
Besluit van de Vlaamse regering van 15 mei 2009 betreffende de veiligheidsconsulenten, Art.10, Art.11 en Art.12
Europese Algemene Verordening Gegevensbescherming van 27 april 2016 (AVG)
De gemeenteraad neemt kennis van het informatieveiligheidsplan 2024-2026 van het lokale bestuur van Sint-Katelijne-Waver.
Op 27 november 2020 werd in het Belgisch Staatsblad het Decreet van 9 oktober 2020 houdende diverse bepalingen over het gemeenschappelijk vervoer, het algemeen mobiliteitsbeleid, de weginfrastructuur en het wegenbeleid, en de waterinfrastructuur en het waterbeleid gepubliceerd. In artikel 6 van dit decreet wordt een nieuw artikel 29quater toegevoegd in de wet van 6 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer (de wegverkeerswet). Dit artikel trad in werking op 1 februari 2021 en geeft aan de gemeenteraad de mogelijkheid om in zijn reglementen of verordeningen administratieve geldboetes te bepalen voor beperkte snelheidsovertredingen. Indien de gemeenteraad hiervoor opteert, worden deze snelheidsovertredingen gedepenaliseerd en is het openbaar ministerie niet meer bevoegd om deze snelheidsovertredingen strafrechtelijk af te handelen.
De gemeenteraad van de gemeente Sint-Katelijne-Waver opteerde voor de bepaling van administratieve geldboetes voor beperkte snelheidsovertredingen en heeft aan de gemeenteraad een bijzondere politieverordening voorgelegd.
Daar de verwerking van de administratieve geldboetes zal gebeuren door GAS-Rivierenland te Mechelen, werd er een overeenkomst te worden afgesloten tussen de gemeente Sint-Katelijne-Waver en de stad Mechelen.
Een aantal artikelen van deze overeenkomst worden nu aangepast.
De overeenkomst verandert in de eerste plaats overal de naam van GASAM naar GAS-Rivierenland.
Artikel 2 wordt verder ook aangepast aan de gewijzigde administratieve regelgeving.
Verder is de belangrijkste aanpassing de kostprijs. De kostprijs voor de verwerking door GAS-Rivierenland wordt niet langer afhankelijk gesteld van het aantal dossiers dat verwerkt wordt, maar er wordt geopteerd voor een standaard kostprijs van € 6,9 per dossier. Dit bedrag wordt jaarlijks aangepast aan de index van de wedden in de openbare sector.
Voor de gemeente Sint-Katelijne-Waver heeft dit een positieve financiële impact. Voor het jaar 2023 werden er bijvoorbeeld 10.000 GAS5 dossiers behandeld door GAS-Rivierenland wat neerkwam op een kostprijs van net geen € 90.000. Met de nieuwe kostenstructuur zal dit neerkomen op € 69.000.
Tenslotte wordt de opzegperiode aangepast van 6 naar 12 maanden.
Artikel 387 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur
Wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties
Wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer, artikel 29 quater
De gemeenteraad keurt de gewijzigde overeenkomst tussen de gemeente Sint-Katelijne-Waver en de stad Mechelen voor de behandeling van dossiers aangaande gemeentelijk administratieve geldboetes voor beperkte snelheidsovertredingen (GAS 5) goed. Deze gaat in op 1 januari 2024. De vorige overeenkomst wordt opgeheven.
De gemeenteraad machtigt de burgemeester en de algemeen directeur om de overeenkomst te ondertekenen.
Sinds de GAS-wet van 24 juni 2013 kunnen gemeenten ook bepaalde parkeerinbreuken sanctioneren met een gemeentelijke administratieve sanctie. Dit wordt GAS 4 genoemd.
De gemeenteraad van de gemeente Sint-Katelijne-Waver opteerde voor deze mogelijkheid om administratieve geldboetes uit te schrijven voor bepaalde parkeerinbreuken en heeft aan de gemeenteraad een bijzondere politieverordening voorgelegd.
Daar de verwerking van de administratieve geldboetes zal gebeuren door GAS-Rivierenland te Mechelen, werd er een overeenkomst te worden afgesloten tussen de gemeente Sint-Katelijne-Waver en de stad Mechelen.
Een aantal artikelen van deze overeenkomst worden nu aangepast.
De overeenkomst verandert in de eerste plaats overal de naam van GASAM naar GAS-Rivierenland.
Verder is de belangrijkste aanpassing de kostprijs. De kostprijs voor de verwerking door GAS-Rivierenland wordt niet langer afhankelijk gesteld van het aantal dossiers dat verwerkt wordt maar er wordt geopteerd voor een standaard kostprijs van € 6,9 per dossier. Dit bedrag wordt jaarlijks aangepast aan de index van de wedden in de openbare sector.
Voor de gemeente Sint-Katelijne-Waver heeft dit een positieve financiële impact. Voor het jaar 2023 werden er bijvoorbeeld 234 GAS4 dossiers behandeld door GAS-Rivierenland wat neerkwam op een kostprijs van € 7.020. Met de nieuwe kostenstructuur zal dit neerkomen op ongeveer € 1.615.
Tenslotte wordt de opzegperiode aangepast van 6 naar 12 maanden.
Artikel 387 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur
Wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties
Wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer, artikel 29 quater
KB van 9 maart 2014 met betrekking tot inbreuken stilstaan en parkeren en inbreuken op verkeersborden C3 en F103
De gemeenteraad keurt de gewijzigde overeenkomst tussen de gemeente Sint-Katelijne-Waver en de stad Mechelen voor de behandeling van dossiers aangaande gemeentelijk administratieve geldboetes voor inbreuken parkeren en stilstaan (GAS 4) goed. Deze gaat in op 1 januari 2024. De vorige overeenkomst wordt opgeheven.
De gemeenteraad machtigt de burgemeester en de algemeen directeur om de overeenkomst te ondertekenen.
Vooraleer een schenking door een oudercomité aan een gemeentelijke basisschool kan gebeuren, dient deze schenking aanvaard te worden door het schoolbestuur.
Door de gemeenteraad van 7 september 2020 werd hiervoor een kader vastgesteld.
Het oudercomité van Octopus heeft een geldelijke schenking gedaan van 10.000 euro voor de verdere inrichting van de speelplaats.
Conform het vastgestelde kader en artikel 41 °12 van het decreet lokaal bestuur is het definitief aanvaarden van schenkingen en het aanvaarden van legaten een uitdrukkelijke bevoegdheid van de gemeenteraad die niet kan worden toevertrouwd aan het college van burgemeester en schepenen.
De schepen van onderwijs dient te worden gemachtigd om het schenkingsformulier te ondertekenen.
Het decreet van 2 april 2004 en latere wijzigingen betreffende participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad
De omzendbrief lokale participatieregeling in het basis- en secundair onderwijs: GD/2004/03
Het oudercomité van Octopus heeft een geldelijke schenking gedaan van 10.000 euro voor de verdere inrichting van de speelplaats.
Het gemeentebestuur als schoolbestuur aanvaardt deze schenking.
De schepen van onderwijs wordt hierbij gemachtigd om het schenkingsformulier te ondertekenen.
De KLJ Hagelstein Meisjes en KLJ Hagelstein Jongens hebben in het kader van het subsidiereglement investeringen in jeugdinfrastructuur een aanvraag ingestuurd. Het gemeentebestuur stelde samen met de KLJ Hagelstein Meisjes en KLJ Hagelstein Jongens een overeenkomst op waarin wederzijdse verplichtingen en afspraken werden opgenomen. KLJ Hagelstein Meisjes en KLJ Hagelstein Jongens hebben een omgevingsvergunning en een financieringsplan opgesteld. Twee aspecten van dit financieringsplan zijn per groep:
- een subsidie van de gemeente: 78.347,50 euro.
- een renteloze lening van de gemeente: 89.540,00 euro.
Voor de twee groepen samen komt dit neer op een subsidie van 156.695 euro en een renteloze lening van 179.080,00 euro.
Voor deze ondersteuning doen zij beroep op het subsidiereglement investeringen in jeugdinfrastructuur.
KLJ Hagelstein Meisjes en KLJ Hagelstein Jongens hebben een aanzienlijke inspanning geleverd voor de renovatie en uitbreiding van hun jeugdlokalen. In dit kader is een overeenkomst opgesteld met zowel KLJ Hagelstein Meisjes als KLJ Hagelstein Jongens, evenals hun vzw.
De omgevingsvergunning is afgeleverd.
Hoewel de erfpachtovereenkomst nog niet definitief is afgerond, bevindt de overeenkomst zich momenteel bij de notaris.
De verenigingen vragen een uitzondering aan op de vereiste indieningsdatum van 1 juli volgens het reglement.
Niettemin hebben ze alle vereiste stukken ter staving van hun subsidieaanvraag ingediend en voldoen ze aan de overige voorwaarden zoals vastgelegd in het reglement.
Het positieve advies van de jeugdraad ondersteunt het verstrekken van zowel een toelage als een renteloze lening.
In 2016 en 2017 heeft de gemeenteraad aan de jeugdverenigingen Scouts Parsival, Scouts Roeland en gidsen Sint-Lucia een investeringssubsidie en een lening toegekend. De gemeenteraad besliste in 2019 om de helft van de terugbetaling van de leningen kwijt te schelden. Deze kwijtschelding werd aanzien als een extra subsidie ten gunste van de jeugdverenigingen. Het is aangewezen om dit dan ook te doen voor de lening aangevraagd i.k.v. het subsidiereglement investeringen in jeugdinfrastructuur door KLJ Hagelstein Meisjes en KLJ Hagelstein Jongens. Concreet halveert het totale bedrag van de lening, oorspronkelijk € 179.080 tot een lening van € 89.540 en een subsidie voor eveneens € 89.540.
De gemeenteraad stemt ermee in een uitzondering te maken op artikel 7 van het subsidiereglement, specifiek met betrekking tot de volgende bepaling: "De jeugdvereniging dient de subsidie- en/of leningsaanvraag schriftelijk in bij het college van burgemeester en schepenen, uiterlijk op 1 juli van het jaar voorafgaand aan de start van de investering." Ondanks dat de aanvraag na 1 juli is ingediend, aanvaardt de gemeenteraad deze aanvraag.
De gemeenteraad stemt in met het verstrekken van een renteloze lening van 89.540 euro over een periode van 20 jaar, evenals een subsidie van 78.347 euro per erkende jeugdvereniging, namelijk KLJ Hagelstein Meisjes en KLJ Hagelstein Jongens, aan de overkoepelende vzw "één Hagelstein". De toekenning van zowel de subsidie als de lening is onderhevig aan de opschortende voorwaarde van het voltooien van de erfpachtovereenkomst.
De volgende afspraken zijn van kracht:
De bepalingen vastgelegd in de overeenkomst tussen KLJ Hagelstein Meisjes, KLJ Hagelstein Jongens, VZW één Hagelstein, en het gemeentebestuur.
De bepalingen zoals vermeld in het subsidiereglement.
Het gemeentebestuur zal overgaan tot uitbetaling van de lening na het indienen van facturen.
De subsidie wordt verstrekt zodra de lening is opgenomen.
Zowel de subsidie als de lening dienen uitsluitend te worden aangewend voor de realisatie van een gebouw ten behoeve van KLJ Hagelstein Meisjes en KLJ Hagelstein Jongens, conform de voorwaarden vastgelegd in zowel de overeenkomst als het subsidiereglement.
De gemeenteraad stemt ermee in om bij de opname van de leningen de helft van de terugbetaling van de leningen aan KLJ Hagelstein Meisjes en KLJ Hagelstein Jongens, met één Hagelstein vzw als overkoepelende vereniging, kwijt te schelden, met een bedrag van 89.540 euro. Deze kwijtschelding wordt beschouwd als een extra subsidie ten behoeve van de jeugdverenigingen.
Voor aanvragen in uitbreidingsrondes of omschakeling van subsidies van Opgroeien wordt van kinderopvanginitiatieven verwacht dat ze tijdig het lokaal bestuur informeren over een bij Opgroeien ingediende aanvraag. Er wordt aan het lokaal bestuur gevraagd om adviescriteria en een procedure uit te werken voor de beoordeling van de aanvragen binnen de gemeente. Het lokaal bestuur kan op basis van deze criteria en procedure advies uitbrengen over een aanvraag. Dit advies wordt door Agentschap Opgroeien gebruikt in de beoordeling van de aanvraagdossiers.
Het Agentschap Opgroeien organiseert regelmatig oproepen voor nieuwe plaatsen kinderopvang met inkomenstarief (IKT) of omschakeling van bestaande plaatsten kinderopvang met basissubsidie naar plaatsen kinderopvang met IKT.
Voor deze aanvragen in uitbreidingsrondes of omschakeling van subsidies van Opgroeien wordt van kinderopvanginitiatieven verwacht dat ze tijdig het lokaal bestuur informeren over een bij Opgroeien ingediende aanvraag. Er wordt aan het lokaal bestuur gevraagd om adviescriteria en een procedure uit te werken voor de beoordeling van de aanvragen binnen de gemeente. Het lokaal bestuur kan op basis van deze criteria en procedure advies uitbrengen over een aanvraag. Dit advies wordt door Agentschap Opgroeien gebruikt in de beoordeling van de aanvraagdossiers.
In 2020 werd voor een vorige oproep specifiek al eens een adviesprocedure en criteria uitgewerkt. We kiezen er nu voor om deze procedure te veralgemenen voor alle nieuwe oproepen. We kiezen om dat nu te doen aangezien het Agentschap Opgroeien een nieuwe oproep plant in december.
We behouden grotendeels de criteria opgesteld in 2020. We passen enkel criterium 1 aan. Op advies van het Lokaal Overleg Kinderopvang verlagen we de punten die een aanvraag kan krijgen voor de betrokkenheid bij de werking van het LOK, het lokaal loket kinderopvang en het Huis van het Kind naar 1 punt in plaats van 2, en vragen we hiervoor om een engagementsverklaring te ondertekenen. We doen dit omdat we bestaande opvanginitiatieven en nieuwe opvanginitiatieven gelijkwaardig en objectief moeten kunnen scoren.
De gemeenteraad keurt de criteria en procedure voor het uitbrengen van lokaal advies over de ingediende aanvragen in het kader nieuwe plaatsen kinderopvang of omschakeling bestaande plaatsen naar IKT goed.
Het college zal de lokale adviesprocedure toepassen.
Het lokaal bestuur Sint-Katelijne-Waver neemt een belangrijke regierol op in het kader van kinderopvang. Vanuit deze regierol wil de gemeente ertoe bijdragen dat er voldoende betaalbare, kwaliteitsvolle en toegankelijke kinderopvang is met een goede spreiding op haar gehele grondgebied.
Sinds het invoege treden van het ‘Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van de regelgeving over de voorwaarden en procedure in het kader van de toekenning van een vergunning of subsidie aan een organisator van kinderopvang en buitenschoolse opvangen over voorwaarden voor het lokaal bestuur in het kader van het lokaal beleid kinderopvang’ moet een organisator bij de aanvraag van een vergunning kinderopvang vanaf 1 januari 2022 verplicht het opportuniteitsadvies van het lokale bestuur toevoegen.
Concreet: wanneer een organisator wil starten met kinderopvang of uitbreiden met een aanzienlijk aantal plaatsen kinderopvang (vanaf 9 plaatsen), moet de organisator hiervoor een vergunningsaanvraag indienen bij het Agentschap Opgroeien. Een belangrijke voorwaarde om vergund te worden is het opportuniteitsadvies bij het lokaal bestuur inwinnen.
Een procedure voor het aanleveren van een opportuniteitsadvies had het lokaal bestuur Sint-Katelijne-Waver nog niet.
Het lokaal bestuur Sint-Katelijne-Waver neemt een belangrijke regierol op in het kader van kinderopvang. Vanuit deze regierol wil de gemeente ertoe bijdragen dat er voldoende betaalbare, kwaliteitsvolle en toegankelijke kinderopvang is met een goede spreiding op haar gehele grondgebied.
Sinds het invoege treden van het ‘Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van de regelgeving over de voorwaarden en procedure in het kader van de toekenning van een vergunning of subsidie aan een organisator van kinderopvang en buitenschoolse opvangen over voorwaarden voor het lokaal bestuur in het kader van het lokaal beleid kinderopvang’ moet een organisator bij de aanvraag van een vergunning kinderopvang vanaf 1 januari 2022 verplicht het opportuniteitsadvies van het lokale bestuur toevoegen.
Concreet: wanneer een organisator wil starten met kinderopvang of uitbreiden met een aanzienlijk aantal plaatsen kinderopvang (vanaf 9 plaatsen) moet de organisator hiervoor een vergunningsaanvraag indienen bij het Agentschap Opgroeien. Een belangrijke voorwaarde om vergund te worden is het opportuniteitsadvies bij het lokaal bestuur inwinnen.
Het lokaal bestuur Sint-Katelijne-Waver ziet het opportuniteitsadvies als een belangrijke basis voor een kwalitatieve en duurzame samenwerking tussen het lokaal bestuur en de organisator kinderopvang. Om een kwaliteitsvol opportuniteitsadvies te kunnen geven, zetten we kennismaking centraal.
Vanaf 1 januari 2022 is een organisator die een vergunning voor kinderopvang aanvraagt, verplicht om een opportuniteitsadvies aan het lokaal bestuur te vragen voor:
In alle andere gevallen (vb. uitbreiding bestaande locatie groepsopvang met minder dan 9 plaatsen), kan het advies vrijblijvend gevraagd worden. In dit geval dient het advies niet aan het Agentschap Opgroeien te worden overgemaakt.
Het lokaal bestuur Sint-Katelijne-Waver voorziet 3 criteria. Indien aan deze 3 criteria voldaan zijn, formuleert de het lokaal bestuur Sint-Katelijne-Waver een positief advies. Indien aan minstens 1 van de criteria niet voldaan is, wordt een negatief advies geformuleerd.
1. Er vond een kennismakingsgesprek plaats met een medewerker van de dienst huis van het kind van het lokaal bestuur Sint-Katelijne-Waver (in het kader van het voortraject).
Motivering: Kennismaking is de basis voor een goede samenwerking. Door in dialoog te gaan krijgt de organisator zicht op de noden binnen de gemeente en kan het lokaal bestuur eventuele problemen en kansen die ze ziet bespreken met de organisator, rekening houdend met de lokale context.
2. Er werd een positief advies gegeven i.v.m. de stedenbouwkundige randvoorwaarden vanuit de dienst omgeving van het lokaal bestuur Sint-Katelijne-Waver
Het pand van de kinderopvang kan ingericht worden als kinderopvang, onder voorbehoud van het verkrijgen van de eventueel noodzakelijke omgevingsvergunning.
Motivering: Een pand waar kinderopvang in georganiseerd wordt dient te voldoen aan de geldende stedenbouwkundige voorschriften en goede ruimtelijke ordening.
3. De organisator engageert zich om samen te werken met het lokaal loket kinderopvang en deel te nemen aan het Lokaal overleg Kinderopvang (LOK)
Motivering: Bij een lokaal loket kinderopvang dienen alle kinderopvanginitiatieven te zijn aangesloten om een duidelijk zicht te hebben op de beschikbare plaatsen. Deelname aan het LOK versterkt de kwaliteit van het lokaal beleid rond kinderopvang. Het lokaal bestuur Sint-Katelijne-Waver is organisator van het lokaal loket kinderopvang en het LOK.
De gemeenteraad keurt de criteria en procedure voor het uitbrengen van het opportuniteitsadvies indien hier naar gevraagd wordt goed.
Het college zal de lokale adviesprocedure toepassen.
Vorig schooljaar hebben de lagere scholen de huidige manier van werken van de naschoolse opvang van de lagere schoolkinderen aangekaart. In Wavo, Dijkstein, GLOC, Sint-Katarina, Heilig Hart en Octopus is de vraag naar naschoolse opvang groter dan de capaciteit van de gemeentelijke BKO. Daarom werd een systeem uitgewerkt waarbij de lagere schoolkinderen voorschools en op woensdagnamiddag wel opgevangen worden in de BKO maar de naschoolse opvang op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag op de school zelf doorgaat. Enkel de lagere schoolkinderen van Hagelstein kunnen wel op alle opvangmomenten in BKO Robbedoes worden opgevangen.
Daarom werd een reglement naschoolse opvang op school uitgewerkt, waarbij scholen de ouderbijdrage voor deze opvangmomenten doorgestort krijgen van het lokaal bestuur, en met deze middelen zelf een kwaliteitsvolle opvang voor lagere schoolkinderen organiseren. Hiervoor doen de meeste scholen beroep op vrijwilligers en wijk-werkers.
De laatste jaren is de zoektocht naar vrijwilligers zéér moeilijk geworden. Bovendien hebben de vrijwilligers die gevonden worden, geen pedagogische achtergrond. Ook het systeem van wijk-werkers is gewijzigd, waardoor een wijk-werker maar maximaal 1 jaar kan worden ingezet.
Hierdoor zakt de kwaliteit van de naschoolse opvang op lagere scholen.
De laatste maanden werd dit thema meermaals besproken (op het lokaal onderwijsoverleg, en op een overleg tussen de vrije scholen en het lokaal bestuur). Er wordt door de scholen aangedrongen op een aanpassing van het reglement. Ze willen de mogelijkheid om medewerkers aan te werven via een contract of uitbreiding van bestaand contract (bijv kinderverzorgster die uren extra presteert in de naschoolse) dit om de continuïteit en de kwaliteit van de opvang te garanderen.
De dienst huis van het kind en de dienst financiën werkten een nieuw reglement voor naschoolse opvang georganiseerd door de basisscholen uit.
Hiermee willen we
Principes van het nieuwe reglement:
Door dit reglement geven we de scholen meer mogelijkheden.
De rol van de school als actor wordt door dit reglement benadrukt.
Het lokaal bestuur engageert zich als ondersteuner van de naschoolse opvang op basisscholen:
In tegenstelling tot het vorige reglement, waarbij de scholen enkel de ouderbijdragen van aanwezige leerlingen kregen doorgestort, wordt nu een basisbudget voorzien (12.000 euro per school) waarmee aan de slag kan gegaan worden om de naschoolse opvang te organiseren. Grote scholen (met een naschoolse opvang van meer dan 50 kinderen gemiddeld) krijgen een extra budget van 3.600 euro. Dit budget dient verantwoord te worden. Dit wil zeggen dat er voor alle scholen extra middelen worden voorzien.
Decreet flankerend onderwijsbeleid van 30 november 2018
De gemeenteraad heft met ingang van 1 januari 2024 het subsidiereglement voor naschoolse opvang georganiseerd door de basisscholen zoals goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van van 15 december 2014 op en vervangt deze door het subsidiereglement naschoolse opvang op basisscholen zoals opgenomen in bijlage.
Een schoolbestuur moet voor elk van zijn scholen beschikken over door de overheid goedgekeurde leerplannen.
Een schoolbestuur kan ervoor kiezen om eigen leerplannen te ontwikkelen en in te dienen of gebruik te maken van leerplannen die door derden worden ontwikkeld en ingediend.
De leerplannen zijn voor de onderwijsinspectie een aanvullend instrument om het kwaliteitsbeleid van een school te kaderen.
Het naleven van de reglementering over de leerplannen is een erkenningsvoorwaarde.
Een officiële school moet bovendien als erkenningsvoorwaarde de leerplannen volgen van ofwel OVSG, POV of het gemeenschapsonderwijs, ofwel eigen leerplannen ermee verenigbaar.
Een leerplan moet voldoen aan de volgende decretale en reglementaire criteria:
Het schoolbestuur houdt ook rekening met de volgende bijkomende criteria over het pedagogisch project van de school/scholen:
OVSG heeft ten behoeve van zijn schoolbesturen en met respect voor de lokale autonomie onder de naam Leer Lokaal een nieuw geïntegreerd leerplan ontwikkeld voor de basisschool. Dit digitaal leerplan (online tool met achterliggende databank) bevat de authentieke en decretaal vastgelegde onderdelen, maar het is ruimer dan dat. Leer Lokaal bestaat namelijk uit een basisleerlijn, ondersteunende doelen, verdiepende doelen en uitbreidingsdoelen en vertrekt vanuit de zestien Europese sleutelcompetenties.
OVSG heeft Leer Lokaal ingediend bij de onderwijsinspectie. De onderwijsinspectie heeft een advies tot definitieve goedkeuring uitgebracht. De Vlaamse Regering heeft Leer Lokaal definitief goedgekeurd.
Bevoegdheid
Juridische context
Het schoolbestuur stelt na toetsing vast dat Leer Lokaal voldoet aan alle criteria en kiest daarom voor het gebruik van Leer Lokaal in zijn scholen van het basisonderwijs.
De parochie en parochiekerk van Onze-Lieve-Vrouw van Smarten (Hagelstein) werd opgeheven en de laatste misviering was er op 13 september 2014. De vzw Verenigde Scholen Ursulinen Mechelen en Hagelstein wensten de school aan te kopen met de bedoeling deze te gebruiken voor allerlei doeleinden.
De school nam contact op met het gemeentebestuur voor medegebruik en medefinanciering. Er werd overeengekomen dat het gemeentebestuur een gebruiksrecht kreeg voor een periode van 10 jaar tegen een bedrag van € 25.000 per jaar.
Een samenwerkingsovereenkomst hieromtrent werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 juni 2017, welke zou geactiveerd worden van zodra de kerk opgeleverd zou zijn na renovatie.
Engagement van de school binnen de samenwerkingsovereenkomst:
Gratis gebruik van de kerk voor zes activiteiten buiten de schooluren door het gemeentebestuur. De mogelijkheid tot huren van de keuken met catering van de school moet aangeboden worden.
Tijdens de paasvakantie en zomervakantie moet de kerk gratis ter beschikking worden gesteld voor de vakantiewerking samen met het bospaviljoen, het bos, twee lokalen van de school en de refter en keuken van de school.
De kerk en de keuken van de school moet tegen afgesproken gunstige tarieven ter beschikking gesteld worden aan de plaatselijke verenigingen.
Recent is gebleken dat het moeilijk is voor de school om de engagementen uit de overeenkomst na te komen. Bovendien is er door de veranderde omstandigheden minder noodzaak en minder aangewezen om de overeenkomst te activeren.
In de overeenkomst zijn elementen opgesomd die ondertussen achterhaald zijn:
Na overleg met de school blijkt dat de organisatie van de vakantiewerking zoals vastgelegd in de overeenkomst niet haalbaar is:
De directeur van de school besprak dit dossier met haar schoolbestuur die zich akkoord verklaart met een ontbinding van de overeenkomst, bevestigd bij brief van 11 juli 2023.
Om de vakantiewerking te garanderen na verhuis uit de Schrans, werd opnieuw onderhandeld met de basisschool Wavo voor het gebruik van de infrastructuur van de school in de Vinkenhofstraat. Een akkoord werd bereikt en de gemeenteraad keurde hiervoor ook vandaag een overeenkomst goed.
De gemeenteraad is akkoord om de samenwerkingsovereenkomst met de vzw Verenigde Scholen Ursulinen Mechelen en Hagelstein betreffende het gebruik van de voormalige kerk van Onze-Lieve-Vrouw van Smarten (Hagelstein) en zoals goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 26 juni 2017 te ontbinden en dit met wederzijds akkoord.
De gemeentelijke raad voor ontwikkelingssamenwerking (GROS) werd in 2021 ontbonden en vervangen door de expertengroep internationale samenwerking. Deze expertengroep heeft als taak advies te verlenen aan het gemeentebestuur over subsidieaanvragen voor projecten in verband met internationale samenwerking. Tot op heden ontbrak er een breder kader met voorwaarden waaraan een project moet voldoen om in aanmerking te komen voor de uitbetaling van een subsidie. De aanvraag werd voorgesteld door de projectindiener op een vergadering van de expertengroep. De expertengroep formuleerde hierna een advies voor het college, waarna het dossier naar de gemeenteraad ging.
Door het opstellen van een subsidiereglement komen we tot een objectievere beoordeling en verdeling van het beschikbare budget. Alle aanvragen dienen voor 31 mei ingestuurd te worden, waarna ze beoordeeld worden aan de hand van een puntensysteem. Op basis van deze beoordeling wordt er door de expertengroep een rangschikking gemaakt en een subsidiebedrag voorgesteld. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen startende projecten en reeds langer actieve projecten.
Raadslid Jos Moeyersons stelt ter zitting bij wijze van amendement voor om dit punt op te splitsen en het gedeelte over 11.11.11 uit het reglement te halen zodat hierover afzonderlijk kan gestemd worden.
Dit amendement wordt verworpen met 3 stemmen voor (Jos Moeyersons, Kristof Sels en Eric Janssens) en 20 stemmen tegen (Jeroen Baeten, Annelies Bal, Jos Ceulemans, An Coen, Bart De Boeck, Sarah De Keyser, Joris De Pauw, Karolien Frans, Kris Hapers, Sander Jeurissen, Thomas Mariën, Wim Marnef, Tom Ongena, Sylke Pex, Kathleen Rombauts, Ronny Slootmans, Sven Verelst, Maurice Verheyden, Geert Vertommen, Katrien Willems).
Het subsidiereglement 'Projecten internationale samenwerking, 11.11.11 en noodhulp' treedt in voege vanaf 1 januari 2024.
De gemeenteraad keurt het subsidiereglement 'Projecten internationale samenwerking, 11.11.11 en noodhulp' goed.
Het Ursulineninstituut groeide vanaf 1841 uit als een scholencomplex met een prestigieus internationaal internaat. De gebouwen werden een baken in het centrum van Onze-Lieve-Vrouw-Waver en verlenen de gemeente zelfs de bijnaam ‘Torekenswaver’. De meest prestigieuze ruimtes waren tot 2016 in handen van de vzw Wintertuin. De vrijwilligers van deze vzw gidsen bezoekers rond in het als monument beschermde domein.
Kempens Landschap zet sinds 2011 haar schouders onder het dossier van het Ursulineninstituut. De zusters Ursulinen zochten een manier om hun patrimonium over te dragen en de eenheid van het complex te bewaren. Op advies van Kempens Landschap werd het Ursulineninstituut in 2015 daarop als geheel overgedragen aan een nieuw opgerichte Stichting van Openbaar Nut (SON).
De oprichting van de SON in april 2015 was het startschot om alle functies en gebruiksrechten op het domein onder de loep te nemen en indien nodig te actualiseren. Samen met de inbreng van de eigendomstitel in de Stichting, kregen de zusters Ursulinen zo een nieuwe rol als erfpachthouder met de rechtszekerheid dat ze zolang in het klooster kunnen blijven als ze wensen.
Uit deze oefening bleek tevens dat de vzw Wintertuin, die als open monumentenvereniging sinds 1994 een gedeelte van de site in erfpacht had, op lange termijn dit zakelijk recht en de bijhorende verantwoordelijkheden niet meer kon torsen. Om de vzw Wintertuin van het professioneel patrimoniumbeheer te ontlasten en nieuwe initiatieven mogelijk te maken, nam Kempens Landschap het beheer in 2017 over.
In 2017 werd een samenwerkingsovereenkomst tussen Kempens Landschap, vzw Wintertuin en het gemeentebestuur van Sint-Katelijne-Waver opgezet, goedgekeurd in de gemeenteraad van 8 mei 2017.
In deze overeenkomst werden bepalingen vastgelegd omtrent de wederzijdse verantwoordelijkheden van deze drie partners inzake het gebruik, financiën, vrijwilligers en communicatie. Met betrekking tot de financiële bijdrage van de gemeente Sint-Katelijne-Waver omvatte deze overeenkomst bepalingen voor de periode 2017-2019.
Later werd op de gemeenteraad van 3 februari 2020 in het kader van de beleidsrapportering een verplichte lijst van nominatieve subsidies voor de periode 2020–2025 goedgekeurd waarin de “Samenwerking Kempens Landschap – exploitatie Ursulinen – 40.000 euro” opnieuw werd bevestigd.
Naar aanleiding van de opmaak van het gemeentelijk meerjarenplan voor de komende jaren werd vastgesteld dat de bestaande samenwerkingsovereenkomst niet meer geldig is en hernieuwd dient te worden om voorziene de toelage aan Kempens Landschap te blijven voortzetten.
Onderhavige subsidieovereenkomst legt daarvoor de nodige bepalingen vast, en geeft eveneens verdere uitvoering aan de algemene samenwerkingsovereenkomst ‘aangaande Stichting Kempens Landschap’, goedgekeurd op de gemeenteraad van 21 juni 2021.
Met deze nieuwe subsidieovereenkomst wordt tevens een einde gesteld aan de samenwerkingsovereenkomst uit 2017 tussen Kempens Landschap, de vzw Wintertuin en de gemeente Sint-Katelijne-Waver. Deze wordt ontbonden en vervangen door onderhavige bilaterale overeenkomst tussen Kempens Landschap en de gemeente enerzijds, en een bilaterale overeenkomst van Kempens Landschap en vzw Wintertuin anderzijds.
De gemeenteraad keurt de subsidieovereenkomst in bijlage tussen Stichting Kempens Landschap en het gemeentebestuur betreffende het Ursulineninstituut goed.
In het budget is jaarlijks een subsidie van maximum 2.125 euro voorzien voor de organisatie van nevenactiviteiten bij de kermis in Elzestraat. Bij opmaak van het MJP was nog niet bekend welke organisatie de begunstigde zou zijn. Vzw Elzestraat vraagt voor 2023 de subsidie opnieuw aan voor de nevenactiviteiten die ze organiseerde tijdens de afgelopen Elzestraatkermis in augustus.
Er is een subsidie voorzien van maximum 2.125 euro met benaming Elzestraat comité organisatie kermis waarvoor nu wordt voorgesteld om deze toe te kennen aan Vzw Elzestraat en de subsidie toe te kennen voor het bedrag dat kan bewezen worden, zijnde 1.564,71 euro voor 2023.
De kredieten werden opgenomen en er is verantwoording voor het bedrag dat zal uitgekeerd worden. Het is aangewezen om een reglement op te maken.
De gemeenteraad beslist om de subsidie voor Elzestraat Kermis, opgenomen in het meerjarenplan onder de benaming Elzestraat comité organisatie kermis toe te kennen aan Vzw Elzestraat. De subsidie voor 2023 bedraagt 1.564,71 euro.
Jonathan Feremans en Paul Van Dessel zijn inwoners van de gemeente en bestuurslid van Water4Ghana. Ze vragen een toelage van 7.000 euro aan voor het installeren van een nieuw waternetwerk in Kpano (= dorp van 1.200 inwoners) met zonnepanelen en zonnepomp. Hierdoor worden de gemeenschappen onafhankelijk van het doorgaans onbetrouwbaar plaatselijk elektriciteitsnetwerk en kunnen ze permanent over drinkbaar water beschikken.
Water4Ghana werd opgestart door 2 studenten industrieel ingenieur van Campus De Nayer (van de hogeschool Thomas More, KU Leuven). Het project wordt nog steeds gedragen én uitgevoerd door studenten van de hogeschool. In 2009 plaatsten ze de eerste drinkwaterinstallaties en sindsdien gaan ze elk jaar terug met uitzondering van 2020 en 2021 omwille van covid19. In totaal trokken al 52 studenten naar Ghana om de projecten te realiseren en op te volgen. Om de zelfredzaamheid van de gemeenschappen te vergroten heeft Water4Ghana in de zomer van 2018, in samenwerking met Tamale Technical University, een irrigatieveld aangelegd in één van de gemeenschappen. De opbrengst hiervan zal bijdragen om de energiefactuur en herstellingen te financieren.
In de toekomst wil de organisatie het drinkwaternet in het noorden van Ghana verder uitbouwen en moderniseren. In 2020 zijn ze gestart met de actualisatie van de conventionele installaties om de transitie te maken naar elektriciteitsonafhankelijke systemen. Ondertussen werden reeds 15 gemeenschappen van drinkbaar water voorzien. Naast studenten uit de opleiding Industriële Ingenieurswetenschappen is er ook medewerking van studenten uit de opleidingen Handelswetenschappen, bedrijfsmanagement, boekhouding en technologie. Ondertussen werden ook reeds studenten van UCLL (University College Leuven Limburg) bij de projecten betrokken. Collega bestuurslid Ann Creemers, docente aan UCLL kan hierbij haar specifieke expertise betreffende waterkwaliteit bijdragen.
In 2021 werd er een nieuwe samenwerking opgestart met KU Leuven Campus Brugge.
De doelstelling van Water4Ghana vzw is naast het moderniseren van haar installaties op netspanning ook het aanleggen van nieuwe installaties voor het oppompen van water.
In de regio van Tamale (Noorden van Ghana) hebben veel gemeenschappen geen toegang tot drinkbaar water.
In het projectjaar 2023-2024 wil Water4Ghana een nieuw waternetwerk met zonnepanelen en zonnepomp installeren in Kpano.
Door de opleiding van plaatselijke waterverantwoordelijken zorgen ze ervoor dat de installatie ook technisch correct blijft werken.
Daarnaast zal periodiek de goede werking van de verschillende zuiveringsinstallaties gecontroleerd worden aan de hand van eenvoudige chemische en microbiologische analyses.
Het ultieme doel van het project is de overdracht van de technologische kennis naar de plaatselijke bevolking waarbij de te realiseren drinkwaterinstallaties dienstdoen als voorbeeldprojecten. Zelfredzaamheid is hierbij immers prioritair.
De expertengroep internationale samenwerking gaf tijdens de vergadering van 22 november 2023 een gunstig advies.
De gemeenteraad keurt de toekenning van een toelage van 7.000 euro aan Water4Ghana goed in het kader van ontwikkelingssamenwerking. De toelage is bestemd voor de installatie van een nieuw waternetwerk met zonnepanelen en zonnepomp in Kpano.
We stellen vast dat de kerstverlichting van Pasbrug-Nieuwendijk beperkt blijft tot het pleintje aan het vroegere Loerenboske (nu de Met).
Kan er bekeken worden dat deze nog aangevuld kan worden door extra verlichting te plaatsen aan bvb. Ijzerenveld, Mechelsesteenweg, ...
Gezien de toegenomen conflicten in de wereld merken we dat veel mensen, zowel jongeren als volwassenen, met vragen zitten.
· Welke ondersteuning voorziet het bestuur voor leerkrachten en directie van de gemeentelijke basisscholen om de vragen of opmerkingen die kinderen hieromtrent hebben te beantwoorden?
· Plant het gemeentebestuur hieromtrent een infosessie met een professioneel spreker binnen de werking van de gemeentelijke bibliotheek? Of voorziet het bestuur in andere ondersteuning en informatie voor burgers die hieromtrent vragen hebben?
Graven kunnen het waard zijn om langer te bewaren omwille van hun vorm, symboliek, stijl of de persoon die er begraven is.
Onlangs werd er blijkbaar besloten om ontgravingen te doen op de begraafplaats in Elzestraat, waaronder ook het graf van Jozef Edmond Op de Beeck, gezien dit graf einde concessie is. Deze persoon was echter de bezieler en stichter van de Mechelse Tuinbouwveiling in Sint-Katelijne-Waver, de voorloper van Belorta. Eén van de belangrijkste actoren in de tuinbouwsector die zo eigen is voor onze regio en zeker voor onze gemeente.
Voorstel van beslissing: de gemeenteraad neemt het graf van de heer Jozef Edmond Op de Beeck op in de lijst van bijzonder funerair erfgoed.
De indiener beslist ter zitting dit punt niet ter stemming voor te leggen, waardoor dit wordt behandeld als een ingediende vraag. Deze vraag wordt beantwoord.
Na de werken op de Liersesteenweg is er (ter hoogte van de Lindestraat) een niveauverschil ontstaan tussen het nieuwe en het oude gedeelte asfalt waardoor er lawaaioverlast heerst. Wij vragen met aandrang dat het gemeentebestuur hiervoor snel actie onderneemt, zodat men dit euvel snel kan verhelpen.
Bijkomend willen we graag de vraag stellen wanneer er een evaluatie zal gebeuren van de verkeerslichtenregeling aan het vernieuwde kruispunt en of er nadien een bijsturing mogelijk is.
Aan het tankstation Maes op de Liersesteenweg in Elzestraat is er vaak 's avonds overlast, die veroorzaakt wordt door bezoekers van kansspelautomaten in de dagbladhandel aldaar.
Bezoekers parkeren op privéterrein waardoor buurtbewoners zelfs niet op of van hun eigendom kunnen. Wanneer zij mensen hierover aanspreken, wordt er vaak geïrriteerd gereageerd wat dan weer het onveiligheidsgevoel verhoogt. Graag vraagt onze fractie een plan van aanpak voor deze problematiek.
Werden ook de gemachtigd opzichters gebrieft?
Worden de kinderen op school op een correcte manier geïnformeerd, zodat er geen angstcultuur uitbreekt maar dat de kinderen zelf waakzaam kunnen zijn?
Zal de politie bijkomend patrouilleren tijdens de donkerste maanden van het jaar?
Langs beide kanten vd verkeersremmer staat een paaltje met een verkeersbord. Het paaltje langs de kant vd Lemanstraat staat heel slecht en zorgt voor problemen als een chauffeur van een vrachtwagen die moet komen lossen aan Aldi zijn/haar manoeuver moet doen om achteruit te rijden richting de loskade. Die chauffeurs hebben vooral hun aandacht nodig voor de andere weggebruikers zodat de verkeersveiligheid gewaarborgd kan zijn. Nu verliezen ze veel energie en aandacht door dat paaltje in de gaten te houden. Kan dat paaltje niet weg en kan dat niet anders opgelost worden. Het paaltje langs de kant vd Waverstraat vormt geen probleem. Graag hierover stemming.
De indiener beslist ter zitting dit punt niet ter stemming voor te leggen, waardoor dit wordt behandeld als een ingediende vraag. Deze vraag wordt beantwoord.
Graag toelichting over de toekomstige invulling van het hoofdgebouw (seminariegebouw) want de nieuwe plannen die op de kernraad van Pasbrug-Nieuwendijk op 7 december werden vertoond stemmen niet overeen met het project dat op de gemeenteraad is goedgekeurd, meer bepaald het verdwijnen van de cohousing en de invulling van de parking vooraan van het Borgerwijkproject.
Overeenkomstig artikel 31 van het decreet lokaal bestuur worden mondelinge vragen van de raadsleden aan de leden van het college van burgemeester en schepenen behandeld.
De voorzitter overloopt de agenda van de maand januari 2024.