artikelen 3.1, § 2 en 3.2, lid 1 van het Decreet over het Vlaamse Woonbeleid gecodificeerd op 17 juli 2020
Door de aanwezigheid van de campus De Nayer is er een zekere nood aan studentenkamers in de gemeente. Dit heeft geleid tot een bepaald aanbod op de private markt dat niet steeds conform de wetgeving is (Vlaamse wooncode, Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening). Tot op heden heeft ons bestuur nog geen eigen reglement specifiek voor veiligheids- en kwaliteitsnormen voor kamers.
De gemeente wil de huurders meer zekerheid bieden op een kwaliteitsvolle kamer en meer sturend werken op de locatiekeuze van studentenhuisvesting door het verplichten van een uitbatingsvergunning en het invoeren van een TOPKOT label. Hiervoor wordt nog een aanpassing van het politiereglement opgemaakt en ter goedkeuring voorgelegd.
Door de aanwezigheid van de campus De Nayer is er een zekere nood aan studentenkamers in de gemeente. Daar bovenop voorzien KU Leuven en Thomas More een flinke groei de komende jaren. Het aantal kamers op de campus zelf is in de loop der jaren verminderd van een 90-tal naar 30-tal. Door het verdwijnen van de studentenhuisvesting op de campus De Nayer en de uitbreiding van de campus zijn er in de gemeente meerdere woningen en gebouwen met 1 of meer kamers opgedoken, niets steeds op een wettelijke manier.
Tot op heden heeft ons bestuur nog geen eigen reglement specifiek voor veiligheids- en kwaliteitsnormen voor kamers. De gemeente wil meer sturend werken op de studentenhuisvesting en de huurders meer zekerheid bieden op een kwaliteitsvolle kamer door het invoeren van een TOPKOT label, zoals bijvoorbeeld Mechelen, en een uitbatingsvergunning via het politiereglement.
Ons bestuur besliste eerder via de intergemeentelijke samenwerking Wonen langs Dijle en Nete om een kamerreglement op te maken. Igemo neemt in het kader van deze opdracht reeds een aantal taken op via die intergemeentelijke samenwerking. Hierin zit niet alles vervat waardoor een aparte overeenkomst opgemaakt en goedgekeurd werd op 3 oktober 2022.
De koten werden geïnventariseerd: locatie, vergunningstoestand, woningkwaliteit. Dit kan aanleiding geven tot regularisatieaanvragen maar mogelijk ook tot een handhavingstraject indien regularisatie niet mogelijk is.
De volgende stap is het verbeteren van de kwaliteit van de studentenhuisvesting: conform Vlaamse codex Wonen, brandveiligheid, en enkele bijkomende studentvriendelijke eisen. Er werd overleg gepleegd met KU Leuven, Thomas More, brandweer, Igemo, Wonen in Vlaanderen, college en M-team. Ook het overnemen van het nieuwe Vlaamse kotlabel werd besproken, maar niet weerhouden. Om dit allemaal verplicht te maken werd een kamerreglement opgemaakt dat geflankeerd zal worden met een uitbatingsvergunning om dit te kunnen handhaven via de GAS.
Tot slot wordt het TOPKOT label ingevoerd en uitgereikt aan de studentenkamers die voldoen aan alle vereisten. Dit kwaliteitslabel geeft de studenten zekerheid over de goede kwaliteit van hun kot.
De gemeenteraad keurt het kamerreglement in bijlage en de koppeling met een verplichte uitbatingsvergunning goed.